Verhandeling Van Den Heidelbergschen Catechismus: Zondag XXV. Tot XXXVIII.

alzoo Apostelen Avondmaal beeter Bekeering bewyzen Bloed Brood byzonder Catechismus CHRIS Christendom CHRISTUS CHRISTUS JEZUS Deut dewyl dezelve dien dingen Doop DRIE-EENIG eenige eere eerfte eeuwige Eindelyk Euangelium Exod flegts fpreeken ftaan ftaat ftuk ganfche gebod gedoopt Geest Geestelyke gefchiedt geloof Gelovigen gelyk genade geregtigheid Goddelyke Gods Godzaligheid goede werken hart hartelyk Hebr hebt Heemel Heemel-ryk HEERE heerlykheid heid heilige Hoorderen hunne Israël JEHOVAH Jerem JEZUS JEZUS CHRISTUS Joann Kerk Kinderen konnen Leere leeven leevendig Leezer Lichaam lyden maken Matth Menfchen mogt Mozes naer onderfcheid ONDERWYZER onze Leeraar Papisten PAULUS regt Sabbath Sacramenten SOCINIANEN tekenen uwen verzegelende Volk waarheid waarlyk Waereld wierdt woorden wyze Zaligheid zeeker zegelen zeggen zegt zelven Ziel Zonden zoude zulke zult gy دو وو وو دو وو وو