Pagina-afbeeldingen
PDF
ePub

waarin Gods woord door zich zelfs, zo tot kennis als Heilig maaking, ontvouwt en geopend wort, zonder toedoen van Boeken, of enige Hulpmiddelen der geleertheit, tot onderzoek van waarbeit en Godtzaligheit, ten dienst en figting van Alle kriftenen zonder onderfcheit geopend wort, in 't licht te geeven Waarlyk een werk, wiens weerga onbekend zal zyn, zo den Autheur zyn beloften, volbrengt; dog dit komt ons als onmogelyk voor. Ons dunkt, dat het moeielyk genoeg zoude zyn, indien men het zo verre konde brengen, dat alle de Godgeleerden onder de gereformeerden, in die verklaring van de byzondere schriftuurplaatzen overeenftemden; maar dat zulks zodanig zoude konnen gefchieden, dat alle Kriftenen zonder onderfcheid daar in zullen toeftemmen, is volftrekt onmogelyk. Daarom weeten wy niet, wat wy van dit werk denken moeten, en zelfs niet, wat het waare oogmerk en voornemen van deezen schryver is; want fchoon de Boekzaal en zelfs een Bekendmaking van de Akademische Verbandelingen, hier van eenig gewag maaken, zo is zulks onvolmaakt. Hierom hebben wy goedgevonden om ons tot u te wenden, met verzoek om ons uwe gedachten hier omtrent meede te deelen. Wy bekennen, dat het u wat veel gevergt is, dog gy hebt u in hoedanigheid van Informator, eenigzins hier toe verbonden Befchuldig ons dan niet van onbeleeftheid; maar leert hier uit, wat zwaarigheeden 'er aan vaft zyn, om zo een openbaar Caracter aantenecmen; fchoon gy her

zel

zelve nu reets omtrent 18 Maanden, met roem hebt ftaande gehouden. Indien gy ons in het stukje voor deeze Maand nog gelieft te andwoorden, zo zullen wy u niet alleen verplicht zyn, maar erkennen, dat u de Eernaam van Informator in allen deelen met recht toekomt. In die verwachting zyn wy

Uw ftandvaftige Leezers.

Het gezelschap der onderzoekers.

AND WOORD,

Myn Heeren

Uw verzoek, ftrekt my tot veel Eer, om dat het de grootste achting te kennen geeft, dien gy voor my kunt doen blyken; dog dewyl de plaats, voornamentlyk in dit stukje zeer bekrompen is, zal ik zo kort doenlyk uw ver zoek voldoen.

Wanneer ik deeze twee weekelyfe bladeren, het eerfte zag, zo was ik eenigzins van het zelve gevoelen. Om dit wel uittevoeren (dagt ik by my zelfs) moet den Autheur een Man zyn, die niet alleen volmaakt bedreeven in de grondtaal, de Histories, de Oudheid, maar bo ven al in de Natuurlyke en geopenbaarde God. geleerdheid zyn; en zo hy alle deeze hoedanigheeden bezit, dan zal zyn werk wel goed zyn voor die geenen die met hem van een party zyn, maar zelfs nog niet voor alle Menfchen, die van zyn gezindheid zyn En,

(de

(dewyl ik doen nog niet wist wie den Au theur hier van was) is hy een Gereformeerd Godgeleerde, gelyk genoeg blykt, en wel een Cocceaan, zo zullen zyne Tafelen wel aan de Liefhebbers van die Studie, en mogelyk aan eenige Lampianen en ernstige behaagen, fchoon niet aan alle, maar zeer weinig aan Voetfianen: hoe veel te minder dan aan de Remonftranten, Mennonieten, Pelagianen, Socinianen en Roomsgezinden! want alle die gezindheeden, befchouwen de Heilige Schriftuur, door brillen die na hunne aangenome gevoelens gefleepen zyn; zo dat een ieder zyn gevoelen in de Heilige bladeren zo klaar meent te zien, dat hy alle die dit niet doen, zonder genaade voor blinden aanziet; dierhalven is er niemand bekwaam, om aan alle deeze gezindheeden te gelyk te voldoen: Dog de zaak nader overweegende, zo dagt ik, deezen Schryver zegt niet, ten dienste van alle gezindheeden zonder onderfcheit, maar ten dienste van alle Kriftenen; dat is van alle oprechte heilzoekende zielen, die zo begeerig na God en de waarheid zyn, dat zy manmoedig alle gebrooke bakken derven verlaaten, om zonder omwegen, tot de Fontein der waarheid zelfs te gaan, om daar uit leevende wateren te putten; en dewyl de waarheid een, en onveranderlyk is, zo is het niet onmogelyk, om aan alle die Heilzoekende zielen, in het uitleggen van de Heilige Boeken te voldoen, die zelden veel stichting, in alle die tegens elkander aanlopende verklaa ringen der uitleggeren, konnen vinden. Maar

zal

zal een Schryver hier toe in ftaat zyn, zo moet by de Heilige Schriftuur met een oprecht oog befpiegelen; want kykt hy zelfs door de bril van dit of dat vooroordeel, dat hem met de pap ingegeeven is, zo zal hy aan die oprechte onderzoekers nimmer voldoen. Maar dagt ik, een Man die bequaamheid genoeg heeft om dit te onderneemen, moet zo veritandig zyn om dit te vatten; en nogtans fchrikt hem dit niet af. Waar uit ik befloot, dat het een Godgeleerde by studie, maar niet door kottwinning moeft zyn, of zo het laafte al waar was, dat hy voorgenomen had, om de waarheid nategaan en te onderzoeken, zonder Lig aan eenige vooroordeelen te stoorea; en dat hy dan wel zorg zoude dragen, dat men zyn naam niet ligt voor eerft ontdekte, daar ik nog meerder in bevestigd wierd, om dat hy zyn naam verzweeg: Dog door dit belluit, wierd myn nieuws gierigheid nog meerder gaande, om dien grooten man te kennen, dewyl ik reets schoon onbekend, zeer veel achting voor hem gevoelde,- gelyk ik aan verfcheide voornameLief hebberen betuigde; en zonder dat ik het wist, aan den Schryver zelfs. Deezen geleerden Heer, deed my de Eer om my eenige dagen daar naar te komen bezoeken; wanneer hy het onderhoud op nieuw op deeze ftoffe deed vallen, my openhartig onder beloften van ftilzwygentheid bekennende dat hy den Autheur van die Tafelen was; betuigende dat zyn voornemen was, om zonder aanzien van byzondere gevoelens, de eenvoudige beteekenis van de Heilige Schrif

tuur

[ocr errors]

tuur aantetoonen. Ik vond de minte zwa. righeid niet om dien Schryver in deezen geloof te geeven, dewyl hy door ontwyffelbaare proeven bewyzen heeft gegeeven, dat de waarheid hem booven alles dierbaar is, zonder zig door trantrappery te laaten besmetten; zo dat hem, zo door de ftudie, bequaamheid en uitmuntende geleerdheid, als een oprechte zucht en liefde tot de waarheid, met recht de Eernaam van een groot Godgeleerde toekomt, die de liefde en achting van alle onbevooroordeelde Menfchen dubbeld. waardig is. Dog om my niet verder in den lof van deezen Letter-Held uittelaaten, zo vroeg ik hem hoe hy zyn Oogwit, om de waare en natuurlyke zin des Heiligen Geefts. in Godswoord, op een wiskonftige wyze, aan alle die met een waaragtig doelwit zonder vooroordeelen de waarheid onderzoeken aantewyzen, dagt werkstellig te maaken? Hier op andwoord hy, hier meede te zullen handelen, gelyk men met alle zaaken doet, die een betogelyke zekerheid hebben, beginnende van het eenvoudigfte af, dat in dit onderwerp, het Oogmerk van de Heilige Schryvers is; en dit wiskonftig betoogd hebbende, dan tot de deelen en onderdeelen die daar meede t'zaamen loopen, de reeden van hunne plaatzing en de onderlinge betrekking die zy zo wel tot elkander als tot het oogmerk hebben, overtegaan; als waar uit dan van zelfs de geheele hou ding en fchikking van het Lighaam der Redeneering, de kragt en doelwit der spreekwyzen, mitsgaders haare overtuiging, wysheid, even

re

« VorigeDoorgaan »