Boer en heer: "de Groninger boer" 1760-1960

Voorkant
Koninklijke van Gorcum, 2002 - 725 pagina's
'Wie aan Groningen denkt, denkt vanzelf aan de Groninger boeren en de grote rol die zij in het maatschappelijk leven spelen', schreef de socioloog Hofstee in 1937. De periode van 1800 tot 1950 is zelfs wel 'het boerentijdperk' van de Groninger geschiedenis genoemd. Hoe konden de Groninger boeren zo'n succesvol en opvallend verschijnsel worden? Welk beeld hadden zij van zichzelf, en hoe werden en worden ze door anderen gezien? Deze vragen komen aan de orde in Boer en heer. Daarbij moet wel bedacht worden dat niet elke boer in Groningen een 'Groninger boer' was; die aanduiding had uitsluitend betrekking op landbouwers met bedrijven van ten minste 40 tot 50 hectare.

Bibliografische gegevens