Pagina-afbeeldingen
PDF
ePub

VII. Les. Borft of Thorax, vergroot, en gevolgelijk derzelver Lugt verdund worden; en, dewijl ze nu zwakker is, dan de buiten Lugt, zal de buiten Lugt infchieten in C, en den kleinen Blaas, of de Long abc uitzetten, en dit zal de werking van zuigen of Inademing verbeelden.

VIII. LE S

[graphic]
[merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][ocr errors][merged small][merged small][merged small][ocr errors][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][ocr errors][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][merged small][ocr errors][merged small][merged small][ocr errors][merged small][merged small]

I.

E

VIII. LE S.

OVER DE WATER WEGING.

171

en Hevel is een gebogen Pijp, welkes één end in een vat met vogt geftoken zijnde, en het andere buiten dat vat over een ander vat hangende, de vogt uit het eerfte in het laatste zal loopen, nadat de Lugt gezogen is uit het buiftende end, 'twelk het laagfte end van den Hevel is, en dit zal zoo lang gefchieden, als de vogt in het bovenste vat boven den hoogsten Mond van den Hevel is.

[blocks in formation]

VIII. Les..

HDS (Plaat XVI. Fig. 1.) is een Hevel, welkes twee gedeeltens PL. XVI. HD en D'S deszelfs Beenen genoemd worden. Door deszelfs werking Fig. 1. wordt het Water getrokken uit het hooger vat ABCD in het lager vat ab. Wanneer men 'er de Lugt uitgezogen heeft in S, volgt het Water, dat 'er inkomt in H, gaande in den Streek HGDS, en 'er uitloopt in S, zoo lang als de Oppervlakte EF boven IH het Waterpas van den Mond van 't Voerbeen van den Hevel is. NB. We noemen het Voerbeen dat Been, waarin het Water opklimt, en het Loopbeen dat, waarin het Water neerdaalt, en dus uitloopt; maar men kan eigenlijk bet korte Been van den Hevel alleenlijk dat gedeelte van bet Voer-been noemen, 'twelk boven het Water is in het bovenste vat, waaruit het Water getrokken wordt, gelijk het gedeelte DG; omdat, fchoon de Mond van den Hevel zij in H, veel lager, dan L, evenwel de Kolommen van Water, bevat tussen de Oppervlakte EF en de verbeelde Oppervlakte IH op het Waterpas van H, de Kolom van Water GH in het onderfte gedeelte van het Voer-been DH in Evenwigt houden, om welke reden het maar werkt, als of de Mond in G waar (1).

2. De

(1) Een Hevel kan zoodanig gemaakt die vogt, die overgetapt moet worden worden, dat het niet noodig is de Lugt eer men hem in het vat steke, waaruit de daar uit te zuigen, maar dat men hem vogt moet loopen. maar behoeft te vullen met Water, of met

Y 2

PROEF

VIII. Les. 2. De oorzaak nu van 't loopen van den Hevel is deze. De Lugt, welke perft in het vat ABCD, verbeeld door de Kolom KL, houdt de Kolom van Water LD op in het korte Been van den Hevel, perfende tegen die Lugt met hare regtstandige hoogte DF, terwijl de Kolom van Lugt MS, opwaarts perfende tegen den Mond van 't lange of Loop-been DS (hetwelk werkt volgens de hoogte DC) moet wijken, en het Water zoo lang laaten uitloopen, als het Been DS langer is (of liever loodregt hooger) dan DG: want dewijl K en M onderfteld worden aan den Top van den Dampkring te zijn, zijn de KoLommen KL en MS evengelijk in hoogte en Perfing (want de hoogte van L boven S kan niet in aanmerking komen bij een hoogte van ontrent 60 [Engelfe] Mijlen) zoo lang, als MS bewerkt wordt door het neerdalende Water DS, welke hoogte van D tot S (onderstel van 15 Duimen) een grooter hoogte is, dan van de Kolom DG (onderftel van 7 Duimen) ondersteund door de Kolom van Lugt KL, waarom de Kolom van Lugt MS moet wijken voor het Water, uitloopende in S. Schoon ook de Oppervlakte van 't Water EF lager worde, zal egter

Fig. 3.

PROEF.

Hetzelfde zal gebeuren, indien men het Glas A B beneden het Waterpas van CD houdt, en dus kan het Water bij beurten Neem een Hevel met even lange Bee- uit het ééne in 't andere Glas loopen, wornen, aan het end van elk Been opgebo- dende beide de Beenen, het ééne na 't anPL. XVI. gen, gelijk ERF (Plaat XVI. Fig. 2.) dere, het Voer been, of het Loop-been, Fig. 2. en denzelven met Water gevuld hebben- dat is hier, het lange, of het korte Been, de, zullen de Kolommen van Water el- hetwelk tot bewijs verftrekt, dat de lengkander evenaren zonder dat 'er eenig te van de Beenen maar gerekend moet Water uitloope. Steek dan de twee en- worden boven de vogt. Derhalve, wanden E en F van dezen Hevel in de twee neer het Water in AB op de hoogte van Glazen met Water AB en CD (Fig. 3.) SS is, en in CD op de hoogte van ss, in het eerste van welke het Water ftaat is niet ER, maar MR het korte Been tot SS, en lager in het Glas CD (bij voor- en niet RF, maar RN het lange Been. beeld tot ss) en het Water zal aanftonds loopen uit AB in CD, totdat het door 't zakken in AB en 't rijzen in CD ftilfta in OP, hetzelfde Waterpas in beide de Glazen. Indien men in 't Glas CD Water giet ter hoogte van C, zal het terug loopen in 't Glas AB, totdat het in dat Glas gerezen zij tot SS, terwijl het gezakt is tot T in het Glas CD, of tot de Lijn SST, aanwijzende, dat beide de Oppervlaktens in hetzelfde Waterpas zijn.

Wanneer men dan het Glas AB lager houdt, dan CD, en de Oppervlakte SS daar door lager gebragt wordt, dan ss, zal gevolgelijk NR het Voer-been of korte Been, en RE het Loop-been of lange Been wezen.

Om te bewijzen, dat de Lengte van de Beenen gerekend moet worden naar derzelver loodregte hoogte, zoo laat Ll een waterpas ftrekkende Lijn wezen, loopenpende door het bovenste gedeelte van de

bogt

« VorigeDoorgaan »