XIX. ren (s). Alle vertoogen der Regeering hier te Boek. gen vertoond, waren vrugtloos; de Raad bleef by 1748. zyn befluit volharden (t). Men verzogt, ander maal; vermits geene Karren genoeg, binnen de Stad waren, dat de Regeering dezelve magt, als aan den Gouverneur, om eenige Karren uit de Meyerye, te ontbieden, verleend mogt werden, zy zoude zig in dat geval trooften, de koften daar van te voldoen (u). Hier op kreeg de Hoog en Laagfchout deezer Stad bevel, met de Kwartier Schouten der Meyerye te overleggen, eenige Kar ren tot vervoering der Meft, ten kosten der Stad te ontbieden. Van Stadts wege werd dit werk den Gemagtigden tot den Beleide opgedragen (v). Zulks verrigt zynde, verzogt de Regeering den Gouverneur, dat hy daarvan, eene Verklaaring wilde geven, en aan Schepenen eene Begrooting der koften open te leggen, om dezelven den Raad van Staaten overtezenden, met verzoek, dat de Stad in het vervolg, daarvan bevreid mogt wer den (w). De koften beliepen Twaalf honderd agtien guldens drie ftuivers en agt penningen (x). De Raad gaf de Stad daar voor, Zeshonderd guldens, en gelafte tevens den Gouverneur, dat hy de Ruiters, en Dragonders bevelen zoude, de Meft, weeklyks, van de Stallen te doen weghaa RESOLUTIE des Raads van Staaten van den 16. Ad guftus 1748. (u) NOTULEN van den 4. September 1748. Au haalen (y). Kort hier na werd de Regeering aangefchreven; den Meft den Landlieden te verkoopen, of door hen, doen weghaalen (2). Offchoon men nogmaals verzogt, hier van verfchoond te worden, volharde de Raad by zyn befluit, en voegde daarby, dat hy niet verwagt had, dat de Regeering niet tegenftaande de Raad, haar eens te gemoed had gekomen, zig dit onttrekken zoude, Hy was genegen dit weder in het vervolg te doen, en verwagte, dat de Regeering zig hier naar gedraagen zoude (a). Het vervoeren der Meft werd dan ten lasten der Stad aanbesteed (b). Twee jaaren daarna, verzogt de Regeering nog maals vergoeding voor de gedaane kosten (c). Doch voor Vierhonderd elf guldens, die zy uitgegeven had, bekwam de Stad, Honderd en vyftig guldens te rug. De Raad voegde by zyn besluit, dat hy het voordeel der Meft, aan de Stad wilde laaten, mits de Regeering zorg droeg, dat die weggehaald werd (d). Alle moeite hier tegen aangewend waaren te vergeefs (e), derhalven deed de Regeering het weghaalen, onder proteftatie, aan (y) RESOLUTIE des Raads van Staaten van den 15. Januari 1749. (z) RESOLUTIE dès Raads van Staaten van den 28. Januari 1749. (a) RESOLUTIE des Raads van Staaten van den 16. Maart 1749. (b) NOTULEN van den 3. April 1749. (c) NOTULEN van den 10. Juli 1751. (d) RESOLUTIE des Raads van Staaten van den 4. Aü guftus 1751. (e) RESOLUTIE des Raads van Staaten van den 1. September 1751. ་ ་ ་ XIX: Boek. 1748: XIX. 1748. aanbesteeden (f). In de volgende jaaren heeft Boek. de Stad hier in haar voordeel gevonden; De rede daar van is, dat de Landlieden in tyd van Vrede gerufter hunne Landen bebouwen, als mede dat de Land, en Veebouw in onzen tyd, in de Meyerye merklyk is toegenomen. De aan genome De Offifieren der talryke Bezetting deezer Stad gebruikten thans meerder gezag in het Gafthuis, magt der dan zy ooit voorheen gedaan hadden : Zy begaven in het Gaft. Zig daaglyks in de Keuken, om de Spyzen te proehnis tegen ven. Hier tegen verzogt de Regeering den Raad gegaan. van Staaten, dat het beftier des Gafthuis, aan de Offifieren Vreugde over de ven van Regenten gelaaten, en de Offifieren gelaft mogten werden, zig daarin, geen gezag aan te matigen (g). Hierop werd de Gouverneur gelaft; geen onderzoek in het Gafthuis, dan alleen in het Ziekenhuis, te laaten doen: kwamen 'er eenige klagten, over de Spys, Drank, of het verple gen der Zieken, moeft hy met de Regenten des Gafthuis, daarover fpreeken (b). De geboorte des Graaven van Buuren, thans de Erfftadhouder vervulde het harte van alle de geboorte Ingezeetenen hier ter Stede met vreugde. De des Graa Gouverneur had Schepenen reeds bekend doen Buuren, maaken, dat zo dra de tyding van de Bevalling der Prinfeffe kwam, hy het grof Gefchut langs de wallen, zoude doen loffen, thans verzogt hy te mogen weeten, wat Vreugde tekenen, zy zou den doen. Hierop werd goed gevonden, dat zo (f) NOTULEN van den 9. October 1751. dra b) RESOLUTIE des Raads van Staaten van den 15. Januari 1748. و dra het Gefchut geloft was, met alle de Klokken der Stad, te luiden, en die van het Stadhuis te doen befpeelen (). Dit alles gefchiede, op de tyding der Geboorte van den Prinfe. Weinige dagen daarna, werd die plegtig gevierd. Op het dak van het Stadhuis werden twee Prinfen Vlaggen gefteld, dat Gebouw, en alle de Huizen binnen de Stad, werden des avonds verlicht. De Regeering gaf op het Stadhuis eene Maaltyd. De Gouverneur, de Kommandeur, de Hoogfchout, de Groot Major, de Raad en Rentmeefter Generaal der Domeinen, alle de Leden der Regeering, en de Ministers waren aldaar tegenwoordig. In zekere Straaten, daar men het gevaarlyk oordeelde, mogten geene Vuurwerken, en in de verderen, niet dan voor tien uuren des avonds afgeftoken worden (k). De Regeering befloot mede den Prinfe Erfftadhouder door eenen Brief geluk te wenfchen (7). XIX. Boek. 1748. De Gouverneur herinnerde thans de Regee- voorzorg ring, dat het nu tyd ware weeder Schaapen teom Vleefch koopen. Hier tegen vertoonde deeze den Raad binnen de van Staaten,, hoe veel zy, geduurende de onlus-Stad te , ten, ten voordeele der Gemeene Zaak, uitge-krygen. geven had: Op de Duizend Schaapen, fchoon die uit 's Lands Voorraadhuis gevoed waren, had zy Dertienhonderd zevenentagtig guldens vier ftuivers toegegeven: Het Vleefchhouwers , Gild, had verklaard; dat her, op de andere duizend, merklyk meer verloren had. De Stad en NOTULEN van den 24. Februari 1748. () NOTULEN van den 26. Februari en 10. Maart 1748. NOTULEN van den 10. Maart 1748. XIX. Boek. en het Gild waren onmagtig om andere Schaa ,, pen in te koopen. De Regeering wift geen geld by opneeming te krygen. Zy oordeelde, dat de Schaapen, in de maanden April, of Mei beter te bekomen zouden zyn; men kon die op een Uiterwaard laaten weiden, en in weinig tyds binnen de Stad dryven. De Re,,geering verzogt dan, dat dit gunftig beschouwd ,, mogt werden (m)." De Raad van Staaten ftemde volkomen in het verzoek de Regeering (2). Eenigen tyd hierna, ftelde de Wethouderfchap het Vleefchhouwers Gild, op een zeker getal Runderen, Kalven, en Schaapen, die ieder Slagter in voorraad zoude moeten hebben, en deed de Levering van Duizend Schaapen, ten laften der Stad, aanbesteeden (0). Doch vermits niemand het Leeveren der Schaapen wilde aanneemen, verzogt men den Raad van Staaten; in plaats der Schaapen, eenen behoorlyken voorraad van Spek, en Vleefch te mogen opdoen als mede dat het Voeder, voor het Vee, waarop het Vleefchhou wers Gild gefteld was, uit 's Lands Voorraadhuis gegeven mogt werden, en dat de Raad, de Stad, Agtduizend guldens te Leen, tegen Vier ten Honderd opfchieten wilde (p). Eindlyk kwam men met den Heer van Haaren, die hier toe Gemagtigd was, overeen; dat de Regeering Vyfendertig duizend ponden, Gerookt, of Gezouten Vleefch inkoopen zoude. De veertig Leden der Regee ring, (m) NOTULEN van den 10. Maart 1748. (n) RESOLUTIE des Raads van Staaten van den 14. Maart 1748. o) NOTULEN van den 6. April 1748. 8 (P) NOTULEN van den 26. April 1748. |