Pagina-afbeeldingen
PDF
ePub

XX.

Boek.

1750.

[ocr errors]

دو

دو

[ocr errors]

,, meene Staaten haar, als Regenten eener Hoofd Stad van Brabant, toevertrouwd hadden. Zy hadden niet alleen het Hooge, Laage, en Middelbaare Regtsgebied binnen de Stad, maar ook in veele opzigten, in de Meyerye; Dit ,, gedoogde niet, dat zy eenige Regtbanken bin,,nen de Stad, den voorrang gaf. Boven dien, ,, wanneer men eenige infchikkingen, om verschillen uit den weg ruimen maaken moeft, was het onredelyk, dat de eene Party, boven de ,, andere, eenigen voorrang had. De Regeering „ verzogt derhalven, dat dit gesprek, op een onzydige plaats gehouden mogt werden (y)." De goedvind Raad van Staaten befloot hierop, dat die gesprek dat die in ken, in het huis, daar zyne Gemagtigden alhier, hunnen intrek naamen, gefchieden zouden (~). houden Men kwam derhalven aldaar byeen, doch men zoude wer-kon zig onderling niet verftaan. Die van de Leen, den doch en Tolkamer begreepen, dat de Hoogfchout, en alwaar men Regeering der Stad, de Voorfchouw over de Goo

Welke

's Lands

huis ge

zig niet

kan vereenigen.

ten, niet voeren konden, maar dat dit alleen, door hun, gefchieden moeft. Die der Regeering hielden, het tegendeel ftaande, met byvoeging, dat zulks in den Haage alzo afgefprooken ware. Men kon zig dus niet verftaan, waarom de gesprekken De Regee. afgebroken werden (a). De Regeering gaf hier ring fchryft van den Raad kennis, met byvoeging,,, dat het in aan den den Haage afgesproken was, dat Zy, de Schouw Raad van over de Gooten, en die van de Leen, en Tol

Staaten.

وو

وو

ka

(y) BRIEF der Regeering aan den Raad van Staaten, In de NOTULEN van den 18. April 1750.

(2) RESOLUTIE des Raads van Staaten van den 20. April 1750.

(a) NOTULEN van den 31. Mei 1750.

[ocr errors]
[ocr errors]
[ocr errors]
[ocr errors]

دو

دو

[ocr errors]
[ocr errors]

وو

وو

XX.

Boek.

1750.

kamer de VISITATIE daarover, by vorm van Nafchouw, voeren zouden. Zy had verftaan; dat die van de Leen, en Tolkamer van een ganfch tegenstrydig gevoelen waren, en dat zy daar van niet wilden afgaan. De Regeering verzogt derhalven, dat dit gefchil, den gewoonen Regter overgelaaten mogt werden. Zy zoude, vooral in deeze zaak, dit gaarne zien, om dat de Leen, en Tolkamer, die nimmer het Regt der Schouw, over de Gooten geoeffend had, zig in het vervolg, die, over de Straaten, mede zoude tragten, toe te eigenen. Ingeval de Raad geliefde te verklaaren, dat het Regt der Voorfchouw, zo als in den Haage afgefprooken was, aan de Regeering bleef, en de rang des Hoogfchouts, en der Regeering ,, geen nadeel zoude lyden, was zy bereid, de gefprekken, met de Leen, en Tolkamer wederom aan te hegten (6)." De Raad van Staa-Antwoord ten antwoorde hierop;,, Dat zyne gedagten wa-des Raads. ,, ren, dat de Regeering, en de Leen, en Tol

[ocr errors]

وو

[ocr errors]
[ocr errors]
[ocr errors]

وو

[ocr errors]
[ocr errors][ocr errors]

kamer, ééne Keur, över de Gooten ontwor,, pen, zouden hebben, en dat de Raad, de Leden, waarin men niet overeen kon komen, uit den weg zoude tragten te ruimen. Hy kon derhalven niet zien, dat de vordering der Leen, en Tolkamer, de Regeering tot het afbreeken der gefprekken noodzaakte (c)." De Regee-De Regee ring verzogt dan haare Gemagtigden, de gefprek-ring wil de ken op volgende voorwaarden, weder te begin- gefprek

[ocr errors][merged small][merged small]

(b) BRIEF der Regeering aan den Raad van Staaten. In de NOTULEN van den 31. Mei 1750. (c) RESOLUTIE des Raads van Staaten van den 2. Juni'

voorwaar den aan.

hegten.

XX.

Boek.

1750.

nen. Eerftlyk alvorens tot de Keur overtegaan de Gooten te laten opneemen, om te zien, wel. ken verlegt moeft werden. Ten tweeden; dat de Regeering de Voorfchouw, en de Leen, en Tolkamer de Herziening by wyze van Nafchouw, over de Gooten zouden hebben. Ten derden; Dat in alles, dees aangaande, de Hoogfchout, en de Regeering den voorrang behouden zouden: wanneer deeze twee laafte Puncten tegen gefproken werden, zouden de Hoogfchout, en de ReAlles afge geering hun Regt behouden (d). Vermits men broken. zig onderling niet kon verdraagen, befloot de Raad, aan de Regeering over te laaten, zulken RegleGoedvin ment, aangaande de Gooten te maaken, als zy tot het voorgestelde oogmerk, dienftig oordeelde. Ingevalle egter eenige Gooten verlegt of verwyd moeften werden, zoude dit niet zonder verlof der Leen, en Tolkamer moeten gefchieden, en alles moeft, voor het einde des jaars 1754. afgedaan zyn (e).

den des

Raads hier

op.

Ten dien einde werd door de Gemagtigden Befluit der der Regeering eene Keur, over de Gooten opgeRegeering omtrent fteld, waar in het Verzoek, om Vryheid, tot het dit alles. verleggen, of verwyden der Gooten niet aanroerd

werd; en op dat Stads Regt door haar ftilzwy. gen, geen nadeel zoude lyden, betuigde zy plegtig, dat de Leen, en Tolkamer, geen Regt over de Gooten, en Straaten binnen de Stad toekwam (f). De gemaakte Keur werd door de Regeering ten vollen bekragtigd (g).

d) NOTULEN van den 6. Juni 1750.

Vry

RESOLUTIE des Raads van Staaten van den 2. N

[merged small][merged small][ocr errors]

XX:

Boek.

Vry zwaarder verfchil ontstond er in deezen jaare, tuffchen de Regeering, en den Raad, en Rentmeefter der Domeinen, over het fchouwen 1750. der Rivier de Dommel buiten, en van de Dieze binnen de Stad, het welk tot een hevig Regtsge- Verschil ding voor den Raad van Brabant uitbarfte. De oor-over het Schouwen fprong hier van was; De Raad en Rentmeefter der Rivie had voorgenomen, de Schouwe over de Rivier ren. de Dommel, van de plaats, daar zy uit het Land van Luik, in de Meyerye komt, tot aan deeze Stad toe, te voeren. Om dit behoorlyk te doen, was het nodig te weeten, op wat breete de Rivier van plaats, tot plaats behoorde gebragt te werden. De Raad van Staaten gelafte de Leen en Tolkamer nauwkeurig toetezien, om eene volledige onderrigting, van alle de plaatzen, langs de Rivier gelegen, te bekomen (b). Dit gefchiede mede aan de Regeering alhier, die zig daaromtrent onkundig verklaarde (i). Den tweeden Juni, ontfing de voorzittende Schepen der Stad, in een toegezegelden Omflag, Twee eensluidenden Be fluiten des Raads van Staaten op den negentienden Maart deezes jaars genoomen, waarby de Offifieren, en Regenten van alle de plaatzen in het Kwartier van 's Hertogenbosch, gelaft werden, den Raad, en Rentmeefter der Domeinen, en Leenmannen, in het voeren der Schouwe over de Rivieren, en Wegen, byteftaan. Vermits het Opfchrift, aan den Hoogfchout, en Schepenen der Stad gerigt was, zonder dat, te

[ocr errors]

gen

(b) RESOLUTIE des Raads van Staaten van den 9. Fe bruari 1750.

(i) NOTULEN van den 9. Maart 1750.

XX.

1750.

gen de gewoone wyze, by het zenden van eeniBoek. ge Refolutien gebruiklyk, zig eene Brief daar by bevond, befloot de Stadhouder van den Hoogfchout, en de Regeering, die Papieren in eene. Omflag te zegelen, en door een der Kamerbewaarders, ten huize van den Rentmeefter, te rug te doen brengen, met mondelinge byvoeging; . dat zy onkundig waren, uit wat hoofde dit hun toegezonden was (k).

De Rentmeefter

dat twee

voeren der

bystaan.

ren,

Immiddels deed de Rentmeefter by het voeren der Schouwe, den byftand van twee Schepe-. vorderd nen verzoeken: Doch alzo deezen niet verfcheeSchepenen nen, lied hy hun door eenen Deurwaarder, het beder Stad fluit des Raads van Staaten, van den tweeentwintighem in het ften October deezes jaars aan Schepenen infinueeen vorderde van hun wegens hunne nalatig Schouwe heid, eene boete van tweemaal tien guldens met de koften daarop gevallen (1). Deeze boete werd niet voldaan, en Schepenen daar voor, gefommeerd (m). De Regee Waar tegen de Regeering Mandement Poenaal ring ver- verzogt (n). Het zoude te verveelend zyn dit voegd zig geheele geding te verhaalen: Ook heb ik 'er geene kunde van, om dat ik als Griffier der Leen en Tolkamer, altyd wanneer men over dit ftuk, by de Regeering handelde, de Vergadering heb verlaaten, en dat de Raad en Rentmeeefter Generaal, dit buiten de Leen en Tolkamer behandeld heeft; Dit alleen vind ik, dat na gedaane voor flagen alle vereeniging afgebroken werd, en de Re

by den

Raad van
Brabant.

(k) NOTULEN van den 6. Juni 1750.
(1) NOTULEN van den 27. October 1750.
(m) NOTULEN van den 7. November 1750.
() NOTULEN van den 17. November 1750%

« VorigeDoorgaan »