Mr. Jan Jacob Mauricius: gouverneur-generaal van Suriname, van 1742 tot 1751Gebroeders van Cleef, 1858 - 175 pagina's |
Overige edities - Alles bekijken
Veelvoorkomende woorden en zinsdelen
aldaar Amsterdam April Beneden-Commewijne benoemd berigten beschuldiging Besluit der Dichtlievende bestuur betrekking blijkt Boschnegers brief cabale CELLIER CHAMBRIER CHEUSSES civiele Justitie Commewijne Commissarissen Coppename CORNELIS VAN AERSSEN Cottica CROMMELIN December deel dewijl Dichtlievende uitspanningen dien Directeuren der Societeit dochter DUVOISIN eenige eigenaar Februarij fiskaal fort Nieuw Amsterdam Fransch FREHER gebragt gehuwd goed Gouverneur-Generaal Gravenhage Hamburg HARTSINCK Heer MAURICIUS Hof van Politie hunne huwde huwelijk ingebragt ingezetenen J. J. MAURICIUS JAN JACOB MAURICIUS JAN NEPVEU Januarij journaal Julij Kapitein kolonie kolonie Suriname Kommandeur KRUININGEN later maken medegedeeld menschen Mevrouw AUDRA moeijelijkheden Nederland negers October omtrent Onledigen ouderdom onze opgedragen overleed Paramaribo Pensionaris PICHOT plantage plantages Predikant Purmerend QUASSIE quil Raad van civiele Raad van Politie RAIJE Receuil Recueil resolutie RICIUS rivier Saramacca Secretaris sedert slaven Societeit van Suriname Staten-Generaal TEMMING titel UEGA vertrek vijanden volgende vrede vrouw weduwe wegloopers West-Indie zaak zelfs zoon
Populaire passages
Pagina 168 - Een slaavenopstand, die hier voorvalt jaar op jaar, (Meest door der blanken schuld, die door gevloek, misbaar, Onmenschelijke straf en ontucht met de wijven De Negers tergen, en tot woede en wanhoop drijven) Was nu een schriknieuws.
Pagina 169 - Zelfs als ge al blindlings, bij geluk, een Dorp ontdekt, Dan is 't nog ver van hen te dooden of te vangen. Zij slingren zich door bosch en ruigten als de slangen, Daar gij niet volgen kunt. Het volk wordt krank en mort. De mondkost, die zo ver op 't hoofd gedraagen wordt Door slaaven, en nog eerst den mond uit, door de baaren Is achterom gevoerd met ponten en korjaaren, Begint te minderen.
Pagina 170 - De bergkruin overzwelt, en meeren maakt van kreeken) En duizend zwaarigheên, onmooglyk uit te spreeken .' Dan ylt gy weer naar huis: gelukkig ! zo een' laag Van Negers u op weg niet waarneemt uit een' haag. Daar moet gy blind met een' onzichtb'ren vyand kampen, Die u, als eenden, schiet en kiffelt in de zwampen.
Pagina 140 - In goeden gemoede kunnen wij dit zeker ook niet wel doen ; zijne gedichten zijn inderdaad zeer middelmatig, koud en zonder ziel of leven , en toch hebben zij iets , dat de critiek ontwapent; wat hij in verzen zeggen wil, en blijkbaar niet zeggen kan, of onvolkomen zegt, zegt hij in geleerde aanteekeningen in proza zeer goed, en met zeer veel oordeel. Zijn vroegfte en uitgebreidfte...
Pagina 76 - De Chevalier is uitgeleid door mijn adjudant Lefèvre en den landmeter de Loncourt. Sijn Edele is hier maar tweemaal met mij en mijn adjudant uit geweest, en heeft niets gesien dan de straaten van Paramaribo, hebbende ook dag en nacht zoveel te doen gehad met de starren, dat hij op de aardsche saaken weinig reflexie zal hebben gemaakt. Hij heeft hier geobserveerd, dat onse hoogte is op 5 graden en 49 minuten.
Pagina 147 - t gebruik en overneeming van vreemde woorden , bij welke gelegenheid de Krygsroem onzer Voorvaderen verdedigd wordt tegen de zwetzeryën der Romeinen.
Pagina 170 - Neen! als de dapperheid zo dikwils 't oogmerk mist, Dan neemt het staatsvernuft zyn' toevlugt tot de list. Dus bleef de beste raad, met wysheid hen te splitsen, Om met 'er tyd den een op d'andren aan te hitsen.
Pagina 78 - ... Den heere Gouverneur van Zommelsdyck was genootsaakt geweest by het maaken van die vreede (met een Indiaanschen stam), een dogter van een der voornaamste opperhoofden der Indianen op haare wyse tot sig te neemen; dat mensch was wel honderd jaaren oud geworden, synde thans nog geen vijf en twintig jaaren dood. Zij quam nu en dan eens aan Paramaribo, logeerende dan bij mevrouw laast weduwe van ds. Duvoysin, die zij dogter noemde, omdat haar Ed. met den heer Gouverneur de Cheusses (die tot het huys...
Pagina 167 - ... dolzinnig omgestooten. Dus bragt men alles in verwarring, en is 't vreemd? Wanneer men toom en zweep den voerman dol ontneemt, By wilde rossen, is 't zyn' schuld dan, als ze hollen, * En hy den wagen ziet aan honderd splinters rollen?
Pagina 141 - Onledigen ouderdom in twee deelen in het licht. Dit werk «behelst een' schat van taalgeleerdheid , en vele juiste , //gezonde en scherpzinnige oordeelkundige aanmerkingen , //aangaande het gebruik en de overneming van vreemde «woorden in onze taal. Men vindt hier inderdaad veel «lezens- en wetenswaardigs.