Pagina-afbeeldingen
PDF
ePub

en ook andere, welke leeren, dat dezelve dikwils toevallig is.

[ocr errors]

De Spaanfche vlieg pleifters zyn in deeze Pag. 147. ziekte ook zeer goed, en dezelven moeten voor

den vierden dag aangelegd worden, doch de- Pag. 150. zelven zyn schadelyk, wanneer de lyder reeds met ftuipen is geplaagt, of deeze konnen voorzien worden, vooral, indien de koorts fterk, de lyder mager is, niet slaapen kan, en een zeer verzwakt lighaam heeft. In eene ylhoofdigheid zyn fy ook nadeelig geweeft, ten zy dezelve ontstaan was door eene verplaatsing van kwaade, taaye, flymerige vogten naar de herffenen. In zulke kwaadaartige koortfen, Pag. 157. waar in het bloed te dik is, zyn fy van het grootste nut, doch fy brengen groote schaade aan, wanneer hetzelve te dun is.

IX.

geheel Duitschland egter eenerley was? Waarom niet op alle plaatfen, alwaar heete geneesmiddelen gebruikt worden, dezelve te voorfchyn kome? Hy kan geene rede vinden, waarom de geerft-uitslag niet zoo wel onder de natuurlyke ziekten zoude konnen gerekend worden, als de pokjes en mazelen; herhaald de vraagen, welke fyn broeder in een gefchrift, aan den Hooggel. Hr. HALLER gezonden, voorgefteld heeft, zegt, dat dezelven door den Hr. DE HAEN niet genoegzaam zyn beantwoord, en bewyft, dat, zoo de geerft-uitflag aan het ge. bruik van heete middelen kon worden toegeschreeven, dezelve reeds ten tyde van SYLVIUS in 1632. zoude hebben moeten waargenomen zyn. In Weenen word, volgens verzekering van den Hr. COLLin, dezelve dikwils gezien, fchoon eene zeer verkoe. lende geneeeswyze gebruikt worde. De Hr. De HAEN, die het tegendeel beweerd, beriep zich op den Hr. QUARIN, en nu toont deeze Schryver, dat die Heer juift het tegenovergestelde verzekerd,

[ocr errors]

I X.

Obfervationes clinica ad ductum medica tionum in nofocomio generali Varfavienfi. Varfavia Dresda, apud Mich. Groell. Fafciculus I. 1767. plag. 31 Fafciculus II. Præfatur aliqua de fignis morborum 1768. plag. 41, 8o.

d. i.

Geneeskundige Waarneemingen, aange tekend in het groote Hospitaal te War fchauw. Eerste en Tweede Stuk.

[ocr errors]

I

e ongenoemde Schryver, die Geneesheer is van het groote Hospitaal in War fchauw, heeft voorgenomen een Syftema der ziekten uit te geeven, zeggende daarop reeds gedagt te hebben, voor dat de Hr. SAUVAGES het fyne uitgaf. Hy is egter zoo veel te minder daar door afgefchrikt, om fyn voorneemen te volbrengen, dewyl hy vondt, dat in het werk van den Hr. SAUVAGES de veele vreemde benaamingen, de onvolkome beschryvingen van eenige ziekten, de willekeurige fchikking der claffen, en andere afwykingen van de na tuur wezenlyke gebreeken zyn, en hy zelve de ziekten alleen door haare tekenen dagt kennelyk te maaken.

De namen der ziekten in het eerfte stuk van deeze Waarneemingen, en eenige bygevoegde aanmerkingen geeven eene proeve van fyn fa

men

menstel, en men vindt daar in namen, die van veele niet beter zouden verftaan worden, als die van den Hr. Sauvages, zoo fy niet door eene verklaaring verzeld wierden; gelyk zyn Ephemerina crapulatides, Ampherina latica vulgaris, Cephalalgia bregmatica, Monomaris afthmatico-exanthematica; welke ziekten en meêr andere hy volgens fyne Waarneemingen in het Hospitaal te Warschauw na enkelde gevallen befchryft, zoo dat hy in de befchryving der ziekte en geneeswyze verscheide aanmerkingen inlascht.

Zeer dikwils is de pols, volgens de gedagte Pag. 17. van den Schryver, een bedriegelyk teken van de koorts, dewyl hy verfcheide maalen heeft waargenomen, dat de pols zeer natuurlyk was, Pag. 19, fchoon men andere en veele tekenen van koorts in den lyder waarnam. De etter, die uit de vogten gebooren word, kan, gelyk hy meent, opgeflorpt zynde, wederom haaren voorigen aart aanneemen. De dies critici & indices wor

Pag. 21.

Pag. 34.

Pag. 39.

den van hem in waarde gehouden. Hy fpreekt Pag. 24, van eene fchurft, welke drie jaaren lang duurde, en elken zevenden dag te voorfchyn kwam, doch kort daar na met eene aamborftigheid eindigde, en door den koorts-baft volkomen overwonnen wierd. Eene regtftyvigheid, door een onmaatig gebruik van brandewyn ontstaan, wierd door eene aderlaating geneezen. Twee vrouwen heeft hy in het Hospitaal, die reeds twee jaaren geplaagt zyn geweeft met de geelzugt, en eene verzweering aan de voeten, en by welke de geele kleur verdwynt, zoo dra de verzweeringen behoorlyk vogt geeven, en integendeel gezien word, als dezelven droog zyn. Dat de witte vloed in vrouwen ontstaan kan, Pag 40. wanneer de ontlafting der aambeijen belet is, be

Ccc 4

wyst

Pag. 42.

wyft hy met een voorbeeld, en zegt te geloo ven, dat in mansperfoonen eene gonorrhea hæmorrhoidalis mogelyk is, vooral als na eene gonorrhea fiphilitica die wegen eens geopend zyn. Eene hardnekkige hoofdpyn, die zich alleen tot het voorhoofd bepaalde, wierd door een braakmiddel geneezen; hetzelve was ook nuttig by eenen man, die alle maanden van fyn verftand berooft was, na dat hy eens had gePag. 44. fchrikt; zoo dra hy het middel gebruikt had, stelde hy zich aan de koude lugt bloot, en had ruim dertig ontlastingen zoo van boven als van onderen, welke door de theriaca moeften Pag. 53. geftuit worden. In eenen hoeft met aamborftigheid is de ftroop van tabaksbladen zeer nuttig geweeft. Een man kreeg door eene strenge koude eene verfterving van den regter bal, welke van zelve afviel, waar op eene goede verettering volgde, en de wonde behoorlyk geflooten wierd.

[ocr errors]

In de voorreden voor het tweede ftuk brengt de Schryver de tekenen der ziekten in eene Sy Pag. 9. ftematische order. Eenige tekenen noemt hy figna oblata, welke elk een gemakkelyk kan zien, andere eruta, welke het gevoel van den lyder alleen ontdekken kan. Alle tekenen verdeeld hy Pag. 13. in fes claffen; 1. In boloptica (integralia) quæ ex integri hominis confideratione fumuntur; 2. Magacinetica (magnalia) e majoribus corporis motibus; 3. Treplica (nutritiofa) e negotio nutritionis; 4. Crypti ca (interiora) e minoribus internis motibus; 5. Autotica (Peculiaria). 6. Typica (Formalia) quæ a fcenis morborum colliguntur. De orders en geflagten, tot elke claffe behoorende, hebben even by zondere namen, en derzelver foorten zullen

waar

waarschynelyk van denzelfden aart zyn, doch van deeze noemt hy alleen het getal op, 't welk fom. tyds ongemeen groot is; dus brengt hy tot het geflagt der tekenen, welke men uit het gezicht kend, twee honderd en fes- en tagtig foorten; en tot andere niet veel minder. Om den Leezer van dit famenftel eenig denkbeeld te geeven, voegen wy de ordines en genera van de eerfte claffe hier by. Ordo Primus. Somatica (habituofa); quæ ex toto externo habitu corporis deJumuntur. Genus primum; Profapica (vultuofa) que ex vultu eruuntur, cujus fpecies 286. Gen. 2. Phoretica (lata) e relique corpore Sp. 264. Ord. 2. Pfychea (animofa) ex toto habitu mentis. Gen. 1. DiaJomatica (affecta) ex iis mutationibus, quæ corpus in anima producit. Sp. 7. Gen. 2. Diapfychea (mentalia) de iis mutationibus, quæ anima in corpore producit. Sp. 50. De verscheide foorten van de pols Pag. 20. worden ook van den Schryver opgegeeven, doch van de tekenen, die uit de ademhaling en pis worden afgenomen, geeft hy alleenlyk de Pag. 26. geflagten aan de hand.

ten

Vervolgens fpreekt de Schryver van de ziek. Pag. 32. welke in den zomer in het hospitaal zyn waargenomen. Sommige derzelven hebben flegts enkelde menfchen betroffen. De aderlatingen waren, gelyk gewoonlyk is, in de rot. koortfen nadeelig. De Schryver befchryft de droevige omftandigheden van verfcheide men- Pag. 46, schen die van dolle dieren gebeeten waren. In eene vrouw, welker wonden dagelyks gefcarificeert wierden, en die aan het kwylen wierd gebragt, deed zich alles goed op, doch door Pag. 51 eene ongeregelde levenswyze, uit het hospitaal naar huis geloopen zynde, kreeg fy verfcheide toevallen, en in het hospitaal wederom gebragt

[ocr errors]
[blocks in formation]
« VorigeDoorgaan »