Kort begrip der werktuigkunde: handleiding bij onderwijs en zelfoefening, Volume 1

aantal omwentelingen aantal tanden afstand afwisselende assen balans beide raderen beschreven betrekkelijke snelheid bewe bewogen buis cirkelbogen condensor cylinder derhalve dezelfde diameter doorgel draaibank draaijen draaijende beweging drijfstang drijver drukking duim eener eenige eenparige einde elkander ellen evenwigt evenwijdig gedeelte gelijk gesloten getande gewigt grooter hefboom hefbooms-arm hellend vlak hoeksnelh Indien inrigting kaapstander katrol ketel ketting klep koord kraan kroonrad kruk laatste lengte leunspan ligchaam lijn loodregt machine maken middel middellijn middelpunt minuut N₁ N₂ neêr neêrgaan neêrgaande beweging omgedraaid omtrek paardenkrachten pomp pond punt regt rigting roede ronddraaijende rondgaan rondgedraaid rondsel ruimte schijf schroef schroefdraad secunde snelh spanning spil spoed stamper stand stang steekcirkel stoom stoommachinen stoomschuif stoomwerktuigen straal tandrad touw tusschen uiteinde uitgeoefend verbonden verg verhouding vermogen verplaatsing voerwiel voet volbragt voorgaande voorgesteld waarmede water weging werking werktuig wiel wijze windas wrijving zoodat zuiger zuigerstang