Pagina-afbeeldingen
PDF
ePub
[merged small][ocr errors]

VAN

THEOLOGISCHE LETTERKUNDE,

INHOUDENDE

GODGELEERDE VERHANDELINGEN,

BEOORDEELINGEN VAN IN- EN UITLANDSCHE
GODGELEERDE WERKEN, EN

ALGEMEENE BERIGTEN,,

BETREFFENDE DEN GODSDIENST EN DEN STAAT DER GOD.
GELEERDHEID, ZOO IN ALS BUITEN ONS VADERLAND.

[blocks in formation]

DUPLICATEOVE

JUONIVERSITÉ

DE GAND

VOORBERIG T.

[ocr errors]

Voor drie jaren nam deze Bibliotheek van Theologifche Letterkunde haren aanvang. Naauwlijks durfde ik hopen, dat deze onderneming, en met welke ik reeds voorlang zwanger ging, waartoe ik vervolgens door achtingwaardige mannen in ons vaderland opgewekt en aangemoedigd werd, met zoodanigen gunfligen uitslag zou bekroond worden, als de ondervinding mij heeft geleerd. Deze of gene, op wiens hulp ik ftaat gemaakt hadde, moge, om welke reden ook, zich onttrokken hebben; dit gemis is rijkelijk vergoed door een gro ten aanwinst van oordeelkundige mannen, welke, zints den aanvang van dit Tijdschrift, zich tot eene gezette medewerking hebben verbonden. Binnen en Buitenlandfche Correspondenten ftellen mij daarteboyen in ftaat, om de belangrijkste ge. beurtenisfen, de Godgeleerdheid en den Kerklijken toeftand betreffende, medetedeelen. Alle deze mijne medeärbeiders zeg ik, voor hunne hulp, den hartelijkften dank. De verzekeringen, die ik van hier en elders ontfang, overtuigen mij van het nut, 't welk dit werk fticht, en waarom ik met mijnen arbeid kloekmoedig wil voortgaan, zonder mij eenigzins te bekreunen aan de fille zoo wel, als openbare aantijgingen en befchuldigingen, regen deze Bibliotheek ingebragt. Men kan haar toch met geen grond ter wereld, befchuldigen, of van fijve verkleefdheid aan oude vooroordeelen en vastgeftelde bepalingen, of van eene zucht naar nieuwigheden, die thans zoo velen bedwelmt, en

[ocr errors]

van de waarheid, die in Christus is, doet afwij ken. Het Euangelie is mij, en allen mijnen medeärbeideren, als eene onmiddelijke Goddelijke Openbaring, door in- en uitwendige bewijzen geftaafd, en de Heilige Schrift, als de eenige bron van Christelijke, en dus enfeilbare waarheid,dierbaar. En, ik durf er mij veilig op beroe. pen, of niet het Proteftantfche Christendom hier. zijne vrienden en verdedigers gevonden heeft. Hoe zeer wij alle wars zijn van alle zoodanige bepalingen, die den geest des menfchen bocijen of eene Christelijke vrijheid in denken belemmeren kunnen, blijft echter elk onzer getrouw aan de wezenlijke gronden van zijn Kerkgenootschap, door hem, niet uit navolging, maar door overtuiging, omhelsd; en dit oordeelen wij zeer beftaanbaar. met de bij ons zoo hooggeachte verdraagzaamheid, welke wel de waarheid betracht, maar altoos in liefde, behoudende daarbij de eenigheid des geestes door den band des vredes.

Ter gemoedkoming van zwakke gemoederen, kan ik intusfchen verzekeren, dat verre de grote meerderheid van mijne geachte medeärbeiders behoort tot het Hervormd Kerkgenootschap, en wel bijzonder zij, die de rechtfireeks Theologifche inlandfche werken beoordeelen. - Dat er wel eens deze of gene werken van mannen, die in ons va derland of in hun Kerkgenootschap, een zekeren naam gemaakt hebben, minder gunftig beoordeeld zijn, dan zommige wel gewenscht hadden, is alleen, toetefchrijven aan onze onpartijdige waarheidslief de, en waarin wij onze grootste eer ftellen, zonder eenigzins hen te fchromen, die geacht worden pila-, ren te zijn. Wij beoordeelen geene perfonen, maar alleen hunne Schriften; en daarbij zoeken wij alzins die befcheidenheid te beoefenen, die den

[ocr errors]

Christen, den waarheidsvriend betaamt, die zoa min anderer geweten wil beheerfchen, als zelf overheerscht worden. De regtftreekfche of zijdelingsche aanvallen op ons werk, - kunnen daarom onzen geest niet verontrusten; al waren dezelve ook voortgevloeid uit de pennen van, ook bij ons in vele andere op• zichten, achtbare grijsaards in den dienst van het Euangelie. Wij houden ons verzekerd, dat zooda nige mannen, indien zij ons en onze bedoelingen zoo goed kenden, als wij hen meenen te kennen, zij ophouden zouden tegen ons te werken.

[ocr errors]

Ik voeg hier nog bij, dat ik als verzamelaar geen meerder blijk van onpartijdigheid, zoo wel in de geplaatfte berigten, als in de beoordeelingen meen te kunnen geven; dan door alle te flerke bes woordingen, die toch wel eens uit de pen kunnen vloeijen, te verzachte, en alle befcheiden tegenberigten te plaatfen, gelijk ik daarvan in de zaak, betreffende de Groninger Sijnode, een blijk gegeven hebbe. - Daar door zoodanige berigten de waarheid meer en meer aan den dag komt, de gefchiedenis der Kerk nieuwe bijdragen ontfangi. zal ik altoos met dankbaarheid ontfangen alles, wat mij van dien aard wordt toegezonden, mids met onderteckening van den Zender, wiens naam echter, zonder uitdrukkelijke begeerte, niet genoemd wordt. Onze Bibliotheek moet vooral ook bijdragen leveren tot de gefchiedenis der Christenkerk en der Godgeleerdheid.

>

Zoo vleijend voor mij de herhaalde verzekerin. gen van goedkeuring op dit werk, van zoo vele achtingswaardige In- en Uitlandfche Godgeleerden, en onder de laatstgenoemden die van den Eerw. REINHARD, te Dresden, en van de Schrijyers der Algemeine Litteraturzeitung, die te Halle

2

wordt

« VorigeDoorgaan »