VOORRE DE. Wij eindigden in de voorrede van het tweede deel deezer Verhandelingen, het Geschiedverhaal des Genootschaps, met den 3den September des Jaars 1792: van dien tijd tot den 2 September 1793, zijn bij hetzelve ingeleverd : Door den Heere J. VELTKAMP, een drietal van Waarneemingen, betreffende even zo veele watergezwellen van den Buik, met eene daarbij gevoegde afbeelding. Door den Heere E. J. THOMASSEN THUESSINK, de waarneeming en afbeelding eener belette nederzwelging, veroorzaakt door eene verzweering des flokdarms, welke tot in de Luchtpijp doordrong, Door mij, eenige befchouwende en onder vindelijke aanmerkingen over de werking der Heelmiddelen. Door den Heere J. H. DE CLERCQ, de waarneeming eener afknakking van het hoofd des Dijebeens, en derzelver geneezinge, Door den Heere B. HUSSE M, Aanmerkin gen over het klieven van de Lieschfpleet en dés Fallopiaanfchen peesbands, bij de Breukfnijding; met vier afbeeldingen, daartoe betrekkelijk, van wijlen den beroemden CAM PER, Door den Heere A. G. KLÖSE, waarneemin ge eener bijzondere zamengegroeide en beklemde darm- en water-breuk eens Mans, en eener waterzuchtige ontaarting van den rechter eierstok in eene Vrouwe, medegedeeld door den Hoogleeraar R. FORSTEN; met eene daar nevens gaande afbeelding, i Door den Hoogleeraar A. BONN, de ont leedkundige beschrijving en aanmerkingen over het maakfel en de voeding eener zeldzaame en wanstaltige vrucht, als van zes maanden dragts, ten zelfden tijde nevens twee voldragene en welgemaakte kinderen geboren; ge. lijk ook eene verhandeling over het onderfcheid der watergezwellen van de Ruggraat en de kunstbewerking voor dezelve: beiden verge. zeld van verfcheidene daartoe behoorende afbeeldingen. Door den Heere J. VAN STEEL, Stads Heelmeester te Gouda, de waarneeming van een verzworen vetgezwel, gelijk ook die van een beenbederf der Onderkaak; met bijvoeging eener afbeeldinge van het eerfte, en der afgescheidene beendeelen van het laatfte deezer ge vallen. Een antwoord op de vraag; ten aanzien des Kankers, voor den Jaare 1793 uitgefchreven; onder de Zinfpreuk: Al onderzoekende komen wij nader tot de volmaaking. betreffende Een antwoord op de vraag, den Mondklem in 't geval van geschotene won |