Staatkundige historie van Holland: Benevens de Maandelijksche Nederlandsche Mercurius ..., Volumes 28-311770 |
Overige edities - Alles bekijken
Staatkundige historie van Holland: Benevens de Maandelijksche ..., Volumes 20-23 Volledige weergave - 1766 |
Staatkundige historie van Holland: Benevens de Maandelijksche ..., Volumes 32-35 Volledige weergave - 1772 |
Staatkundige historie van Holland: Benevens de Maandelijksche ..., Volumes 44-47 Volledige weergave - 1778 |
Veelvoorkomende woorden en zinsdelen
aanflag Aartshertog Achem Admiraal aldaar alwaar Bantam beflooten blyven boord bragt deedt dewyl dezelve dien dienſt eenige eerft Eiland eindelyk Embden Engeland Engelfchen fcheen fchoon Franfchen ftaan ftaat ftelde ftellen fterk ftond ftukken Galjoen gantfche gebragt gefchiedde Gefchut gelyk gemelde Gemuitineerden geweeft Gezanten goede Gouverneur Graaf groote handelen hebbende Heer Hertog Holland Hollanders Hollandfche Hoocheeden hunne indien Johor Kafteel Kandy Kapitein Kaſteel Keizer koften konden Koning van Spanje Koningryken konnen krygen Krygsvolk Kuften kwam laft Land Leger liet maaken Malacca mede meeft moeft mogt omtrent Ondertuffchen ontfangen onze Oorlog perfoonen plaatzen Portugeefche Portugeezen Prins Maurits Religie Ruiters Schepen Schip Schotland Sluis Soldaaten Spaanfche Spanjaarden Spanje Spinola Stad Ternate terwyl tuffchen vaft Vereenigde Nederlanden verfcheiden vermits vertrekken Vice-Admiraal Vlaanderen Vloot voorsz Vorft Vrankryk Vrede vryheid Vyand wierd wilde wyders wyze zaaken zelve zondt zouden zulks zullen zyde zynde zyner
Populaire passages
Pagina 122 - Oorlogsperk der Helden , grooter onder En door myn ramp, waarop, als op een Oorlogswonder, De
Pagina 90 - Kamer uitgaande, zeide de Koning, vaar wel Byron gy weet wat ik u
Pagina 45 - verdrag verklaarden zy, dat de Heer Graaf ongeroepen in Holland was gekomen, en
Pagina 137 - vryheid der vaarten op de Ryken en Landen des Konings van Spanje en
Pagina 87 - om dat zy te vooren met de Nederlanders gehandeld hadden. Zy hebben
Pagina 108 - voor Hoey komende, weigerden die van de Stad de Poorten te openen,