A

moeilyk zyn om af te gewennen, en het de Perfoon die onderneemt door de. kragt van overweging om dezelven te boven te komen, veele zwaare pynen moet kosten eer dat werk kan volbragt wezen, is het ten uitersten wreed in Ouderen, en Beftier. ders van Kinderen, dat ze verzuimen ons van jongs af te gewennen om die dingen te beminnen welken wy in ryper Jaaren zullen moeten beoeffenen.

NIEUWSGIERIGHEID, is de eerfte van alle natuurlyke hartstogten in 's menschen ziel : wy beginnen niet zoo dra te denken of wy gevoelen eene greetige weetluft: van de bestiering, en goede leiding van dezelve hangt ten grooten deelen den lof af, welke wy in den volgenden tyd zullen waardig worden: indien derhalven een kwaaden plooy 'er aan gegeven word, indien wy alleen ons zelven voldoen mogen in zulke zaken te leeren, diest beter ware dat ons altoos onbekend bleeven, is het niet te verwonderen, dat wy voor ons overige lee. ven aan ydelbeeden en beuzelingen zullen gehegt wezen.

Zoo wy vroegtydig kundige meesters in de Modens worden, netelige aanmerkingen maken kunnen op de kleeding van ieder die we op 't Bal, aan 't Hof, in de Ope-. ra, of op andere openbaare plaatzen zien, indien al ons vermaak beftaat in al de kleine gevalleties van ieder huis en geflagt te weten en dezelven te verbreiden:

hoe

veel meer vermaak zouden wy dan niet vinden in 't onderzoeken van de onderfcheidene en fchoone kleedingen, waar meede de natuur de Planten en Bloemen bekleed daar de tuinen meede verçiert zyn; en met ons gemeenzaam te maaken met die groote en wonderbaare gevallen, in de Hiftorien ons voordragen; en met de nog verwonder. lyker gevallen, gevaaren, ontkomingen, en fchipbreuken, welken in de Boeken van Reizen te water en te land befchreeven wor. den!

DEEZE zyn de uitspanningen die wy al genieten kunnen zoo dra onze eerste kennis plaats krygt; en fchoon wy in ryper jaaren de boeken niet zoo ter loops zouden doorbladen als kinderen het gewoon zyn te doen, zou het nogtans onze Ziel voor de later tyden in ftaat ftellen tot gewigtiger aanmerkingen; zy zouden onze denkbeelden ruimer maaken, door het Verftand te verligten; en, boven al, zouden ze ons de liefde en eerbied voor den Grooten Maker, Beftierder, en Eenige Beschikker van alle zaken in de Natuur inboezemen.

Als we dus begonnen ons bezig te houden, zouden we al die onruftige en onordentelyke hartstogten voorkomen, en beletten ons te overheeren, daar ze anders vervolgens zoo! veel arbeids koften om t'ondergebragt te werden, en van zulke flegte gevolgen zyn als men ze inwilligt. Op die wyze leeren wy reets de wereld kennen eer wy 'er iets meede te fchaffen hebben, en weten

M

hoe

hoe ons gedrag te regelen, in maniere dat we nooit imant beledigen, of gevaar loopen om van anderen beledigd te worden.

WY worden 'er bekwaam door, om ieder ding op zyne eige waarde te pryzen, en ge. heellyk vry te zyn van allen vooroordeel en eenzydig aanhangen.

IN T kort wy zullen al die aangenaame en nuttige hoedanigheeden bezitten, welken in hunnen Samenhang uitmaken, 't geen wy de waare goede maak noemen ;

want

fchoon veelen zoo ongelukkig zyn van te verwyderen van eene Godtsdienstige opvoeding, en in de praktyk geheel het tegendeel doen van 't geen hen geleert was; zoo ben ik echter zeer geneigt om te gelooven, dat zulks meerendeel gebeurt, om dat de grondregelen van Godtvrugt en deugd hen op eene ruuwe en onbefchaafde wyze zyn onder. wezen. Ieder heeft de gaaf niet eene on. derwyzing aangenaam te maaken; daar en boven, dewyl de jeugd gemeenlyk hoofdig is, en niet als met moeite is te buigen, onthouden de jonge lieden ook zelden wat haar als regels van doen en laten voorgeschreven word; dus zullen zulke regelen als ze geen fchyn hebben van regelen te zyn, de diepfte indrukken op hen maaken, voornamelyk wanneer ze het voorkomen hebben van vermaakelyke bezigheid: - als zy dezelve beginnen te fmaaken, zullen ze ook met greetigheid nagaan 't ze anders haaten of zoo veel mogelyk ontwyken zouden, zonder 'er aan te willen denken.

Ik ben wel verzekert dat de meest voordeelige Wetenschappen kunnen beoeffend worden, langs wegen, en door manieren die al zoo veel vermaak geven terwyl men ze verkrygt, als de geleertheid zelf eere verfchaft als men ze bezit.

MAAR ik zal 't geen ik verder omtrent dit punt te zeggen heb uitstellen, en vooraf myn leezers verpligten met dien verftandigen Brief welken wy laatft beloofden, en door ons genootschap in 't byzonder met veel vermaak in 't ligt gegeven word, de inhoud 'er van komt zoo wel overeen met onze gevoelens, dat ze volkomen bevat al wat wy op dat onderwerp zoude willen zeggen.

"

"

"

AAN DE SPECTATRICE.

MEVROUW

DEWYL het zeer bekend is, dat de maandelykfche Befchouwingen, daar gy ons allen mede verpligt, tot geen ander einde ,, gefchikt zyn, als om de Zeedekunde en de wyze van doen en laten te verbeteren, van eene Eeuw die ten hoogsten zulke ,, aangenaame berifpingen benoodigd is, vleie ik my, dat gy de vryheid met welke ik Uw een denkbeeld durve aan de hand "geven, om die pryswaarde onderneeming te kragtdadiger en volkomener uitwerking ,, te doen verkrygen, wel zult ten goede duiden.

"

"

"

"

"

"

UWEN voorganger, de nooit volpreeze SPECTATOR, had fomtyds in gebruik zyne Befchouwingen toepaffelyk te maaken ,,op de tydsgelegenheid; ik ben van gedagten dat hy daar zeer goede reedenen voor had, want wy zyn veel meer aangedaan. door 't geene gezegt word over zaaken die we dadelyk zien, als wy kunnen wezen over zaaken dic reets gebeurt of "toekomende zyn

"

"

"

"

"

"

nog

,,LONDON, Mevrouw is tans een volagen wildernis geworden: De Comedy, de Opera, de Mascarades, - de Bals, niets komt tans in eenige aanmerking " voor de vrolyke en befchaafde Wereld: Tooneelen door 's Hemels eigen hand gefchilderd, worden in deeze fchoone maand geopend; - Ieder haast zich even zeer om deel te hebben aan de bekoorlykheden van het landleven.

"

,,DIE bruisfchende vermaaken, welke nog ,,zoo korts Meefters fcheenen van onzen tyd, en andere bezigheden, van welken de grootften en vermogendften niet vry "zyn, worden allen agtergelaaten;

"

"

welke voordeelen zou de ziel tans niet kunnen haalen, te midden in eene geduurzaame " verfcheidenheid van al de vermakelyke bezigheeden die het land opgeeft, indien wy flegts de Natuur zoo befchouden gelyk wy behoorden! Want als wy die maar onverfchillig voorby loopen, en ze genieten, zonder 'er agt op te geven, zoo ,,berooven wy ons zelven van 't ryk onthaal