Pagina-afbeeldingen
PDF
ePub
[ocr errors]
[ocr errors]

betwift bezitfter kunnen wezen van het hart en de Perfoon van Severus: maar door deeze pryswaarde lift, heeft zy overwonnen, en beweezen, eene even zoo fchrandere, als deugdZaame vrouwe te wezen. 'T geen zy gedaan heeft, kan geen bedrogh genaamt wor den, ['t Woord in zyne gewoone beteke nis begreepen,] haar geheelen imborst, en gedragh, is goedheit en edelmoedigheit; en doed met de hoogfte waarfchynelykheit denken, dat, indien ze wezentlyk in dien staat van krankheit geweest ware, zy even het zelve verzoek aan Severus zou gedaan hebben, 't geen ze nu deed: als zynde het eenige dat hy tot boete doen konde, voor zyn, zoo aanhoudend, ongeregeld leven met Laconia; in dit geval, verrigte haare zagte bereidwilligheit tot vergeven, en de aanhoudende liefde voor haar man, flegts als in voorraat, even het zelfde 't geen ze zouden gedaan hebben, indien zy wezentlyk de Wereld had moeten verlaten.

Haar voorzichtigheit, in 't verbergen van 't geen ze gedaan had, is niet minder lof waardigh: indien zy dit vertrouwelyk aan iemant bekent gemaakt had, en het Severus ter ooren gekomen ware, liep ze dan 't gevaar niet, dat een man van zulken geaartheit, zich zou gebelgd hebben, over 't geen hy een bedrogh konde noemen, of fchoon het ten zynen befte gefchied ware? zou hy het verbryden 'er van, niet hebben kunnen opneemen, als voortkomende uit een

D 2

trotze

trotze waan, en even als het uitbazuinen van een triumf die ze op hem behaald had? indien ze het aan hem zelf, en aan hem alleen had geopenbaart, kon hy haar, 't is waar, niet wel met reeden 'er in veroordeeld hebben, maar 't kon hem echter, een foort van wreveligen afzicht hebben doen opvatten, en doen denken, dat zy 'er roem op droeg, datze hem verfchalkt had, 't geen al de zoetheit van die hereeniging had kunnen verfcherpen, en haar, zyne tederheit, het eenige loon voor haar verstand en deugd, had kunnen doen verliezen.

Het stille en zagte gedragh van Conftantia, kan insgelyks een voorbeeld ftrekken, voor ongelukkige Vrouwen, die, even als zy, mishandeld worden. Voorbeelden van

dat foort aan de hand te geven, is het Algemeen dienst, doen; en indien deeze Dames welke zich vermaken, met alle ftruikelingen die zy te hooren komen alom te verbreiden, deeden als Dorinda, en ons gevallen, daar deugd en verftand in uitblonken mede deelden, zoo durf ik inftaan, dat de Wereld veel beter zoude zyn als ze nu is.

Maar, (ik zal hier eens eene Schriftuurlyke fpreuk plaats geven,) uit den overvloed des barten fpreekt den mond: de zucht na laster, komt alleen voort, uit het verzuim, van de ziel gecne betere bezigheit, te doen hebben: -- want in 's menfchen Geeft is iets dat altoos werken wil, en zoo wy niet oplettend zyn, om die arbeidzaamheit aan

het

het Befte te onderwerpen,en te kofte te leggen, komt ze zich zelf te heghten aan al het geene met de neigingen onzer driften, en lusten overeenkomt, 't welke dan, niet altoos dienen kan, om onze eigene eer, of het besten onzes naasten te bevorderen.

De keus van de onderwerpen onzer bezigheit, is van oneindig meer belang als men zich wel verbeeldt: want, indien wy ons denkende vermogen, geen vaft onderwerp geven, daar het meede bezigh gehouden, en ingenoomen zy, zoo loopt het gevaar, van in een meenigte verfchillende denkbeelden te vervallen, die elkanderen vernielen, het oordeel bederven, en alle wezentlyke overweging doen vervliegen; en al 't goed 't geen wy dan doen, kan, eigentlyk, niet meer het onze zyn, maar moet als enkel toevalligh aangemerkt worden; het kwaade is, in tegendeel, wezentlyk het onze, om dat wy, de vereischte bestiering van dat vermogen, door 't welke wy als vrywillende fchepzelen te werk gaan, verzuimt hebben.

Dogh dewyl dit niet gefchieden kan zonder vooraf te onderzoeken, welke de Natuur van de Ziel is, in opzichte van deszelfs bestiering over, en de wyze van medewerking met het lichaam, zal ik myne Leezers, dien aangaande, de gedaghten van een zeer verftandigh Heer, meede deelen.

99

[ocr errors]
[ocr errors]
[ocr errors]
[ocr errors]

دو

[ocr errors]

AAN DE SPECTA TRICE,

MEVROUW,

,,Ik lees met vermaak uwe aanmerkingen ,, over de Ziel, geplaatft in 't Elfde Boek "van uwe Befchouwingen, en voeg my gaarne by Platonides, om U te danken, voor de aanpryzing, gedaan aan de Jufferschap, om de Filofofie te beoeffenen, in deszelfs ,,allernodigfte tak tak, te weten de Natuur van de Ziel; en kom Uw hier de Vryheit verzoeken, om even het zelve, den Mannen te mogen aan beveelen; welken 'er, 5, over 't algemeen genomen, ruim zoo wei,,nig kundig in zyn als de Vrouwen; ik denk ,, niet al te vermetel te zyn, met zoo veel ,, vertrouwen in uwe goedheit, en toegeeflyken aart te ftellen, van Uw myne gevoelens 'er over aan te bieden: ik ben 'er toe aange,, moedigd, door de belofte, welke gy in ,, den aanvang van dat Boek gedaan hebt. Ik begryp de ziel als een Önster ffelyk ge,,fchapen Wezen, welkers zyn, 't beft uitgedrukt word, met de woorden, ik denk, gevolglyk, ik ben; zy zeggen, dat het oor,, fpronkelyke zyn van de ziel, bestaat in denken dus is de ziel een Geeft, van geenerlei gedaante, of lichaam: want, dit zou eene ftoffelykheit veronderstellen; zy ,, is eenvoudigh, dus uit geene deelen te fa ,,men gefteld, en onverdeelbaar; en haare ,, geheele eigenfchap en hoedanigheit, is, gelyk ik gezeght heb, gedaghten en reeden. »Dat

[ocr errors]

99

[ocr errors]
[ocr errors]
[ocr errors]

وو

[ocr errors]
[ocr errors]

"

[ocr errors]

Dat de ziel onsterffelyk is, word lichte,, lyk beweezen, door de eigenschappen der » ftoffe: welkers zyn, beftaat uit zelfitandigheden, die vorm en lichaam hebben, 't » welk de verwiffeling van den ftand daar het lichaam zich dadelyk, in bevind, 't zy » van ruft of beweging, wederftaat, indien ,, het niet, door eene andere kragt van bui» ten,voortgenoopt,of tegengehouden word. Íeder kan dit begrypen, indien men , maar de moeite neeme, om 'er op te let"ten: by voorbeeld, neem een steen, of eenig ander corpus, en legh het ergens ", neder, het zal 'er blyven, ter tyd het door ,, iets anders van buiten bewoogen werde; dat ,, andere, 't geen die beweging veroorzaakt, "zoo het ftoffelyk is, moet weder, door iets », anders van buiten, tot werkzaamheit aange» zet worden, en zoo moeten wy eindelyk

ཟ་

"

[ocr errors]

komen, tot dat Wezen, 't welke door zy»ne willc, een kraght op de ftof kan doen ,, werken, die genoegzaam is, om het corpus ,, van de plaats daar het zich bevind te be-. "wegen; deeze beweging, dus in dat ,, corpus gebraght, moet daarop, geduurzaam ,, aanhouden, tot zoo lang een ander -uit,, wendig vermogen dezelve doed ophou,, den; maar die dunne zelfstandigheit, die ,, lught, gelyk wyze noemen, altoos de dus bewogene ftof tegenstaande, verminderd ,, de beweging, in evenredigheit met de bewegings kraght, tot dezelve eindelyk geheel komt op te houden. → Dewyl

دو

D. 4

« VorigeDoorgaan »