gebrek van krachten achterbleven, daar God een voorbeeldige ftraf over beval uittevoeren, en nooit met hen vreede te maaken: Ook was Jofua overwinnent zo lang Mofes zyne handen ophief; dog moede wordende zo ondersteunde hem Aaron en Hur: Ook kwam Jethro Mofes fchoonvader hem hier bezoe ken, mede brengende Mozes vrouw en Zoonew; by welke gelegentheid verfcheide hoofden over het volk aangefteld wierden, en in de derde maand na de uittocht kwamen zy in de woestyne Sinai, daar Mofes op den berg de wet ontfing.

TWEEDE TYDBES TE K,

Van de Watgeeving tot de geboorte van Fefus Chriftus.

EERSTE ONDERDEEL.

Van de Wetgeving tot de Koningen onder de Richteren.

De Ifraelieten de afgodery van het Gulde Kalf pleegende, en Mofes dit ziende wierp de tafelen der wet door Gods vinger beschreven uit zyne handen; ook voegden de Zone Le. vi zig by hem, doodende op zyn bevel dien dag 3000 mannen. Hier op gaf God de tweede wet, en de wolk kolom des daags, en een vuur kolom des nachts om hen te geleiden: Ook wierd den Tabernakel met al den omflag vervaar. digt: Alle wetten wierden opgeftelt en

het volk geteldt, als meede de Leger order gefchikt. Ao. 1488. aaten zy de eerfte maal het pafcha in de Woeftynen, zynde nog in de Woestyne van Sinai gelegerd: Uit deeze Woestyne trokken ze na Paran; Ook mur mureerden zy op nieuw, waarom God een vuur onder hen deedt ontbranden dat zeer veelen verteerden; nogtans murmureerden zy al wederom walgende van het Manna, waarom God hen wederom Quakkelen zond, dog een groote menigte ftierf, hebbende nog het vleefch tuffchen hunne tanden. Boven dien murmureerde Aaron en Mirjam tegens Mofes om dat hy een vreemde Vrouw had, dog God strafte Mirjam met een zevendaagfche Melaatsheid: Ook zond Mofes verfpieders uit om het land Canaan te bezichtigen, die quaad andwoord bragten, doende het volk murmureeren, willende wederom na Egypten keeren, dog fofua en Kaleb waren hier aan onschuldig, willende God het volk geheel verdelgen, dog verbeden zynde, zeide God dat niemant van hen alle het land Canaan zoude zien, dan Kaleb en Josua die van alle ook zyn overig gebleven, zonder in de Woeftynen te vallen; De Ifraeliten dit hoorende trokken doen tegens Gods bevel tegens de Amalekiten en Cananiten dewelke zig vereenigt hadden dog wierden geslagen: Ook wierd 'er een Sabbath fchender gedood. Korah, Datban, en Abiram, tegens Mofes en Aaron opftaande, door het vuur uit den Hemel verteert, en Aaron wierd door het bloeien van zyn stat in het Priesterampt bevestigd. Ao, 1482 heer

fte over Egypten Sethofis ook Egyptus genaamd naar wien het land dat te vooren Eria heete genaamd is; dog hy regeerde niet lang, want de broeder van Danaus die hy had doen vluchten na Argos, onttroonde hem regeerende 59 Jaaren over Egypten. Ao. 1460. heerfte Lynceus, Zoon van Danaus over Argos of het ryk der Danaiden. Ao. 1452. De Kinderen Ifraels nu 30 Jaaren in bet fteenachtig Arabien ge. zworven hebbende, zynde 39 jaaren na de uittogt uit Egypten, braken op van Efiongeber na Kades in de Woestyne Sur, verzogten den doortogt aan den Koning van Edom die het weigerde, en God verbood hen geweld te plegen; waar op zy na Hor trokken, daar Mirjam Mofes zufter overleed 130 jaaren oud zynde, zynde 10 jaaren ouder dan Aaron, die meede in 't laatste van dit jaar of 't begin van 't na volgende 140 jaar oud zynde ftierf; dog voor de dood van Aaron, begon Ifrael al wederom te murmureeren, en voor het bloeien van de Staf, waar door 14700 menfchen stierven; en naderhand uit gebrek van Water murmureerende, wierd Aaron en Mofes zo toornig dat de laatste tweemaal in plaats van eens op de Rots floeg, waar door veel water daar uit kwam, dog God zeide tot Mofes en Aaron, dat zy daarom niet in Canaan zoude komen. Ao. 1451. Sloegen de kinderen Ifraels, zig te Zalmona needer daar Mofes de Kopere flang oprichte; daar van trokken ze na Obath en van daar na Aborim in de landpalen van Moab; eindelyk kwamen zy te Bamoth-arnon, en van daar in tland der Anuriten deze volkeren waren her kom

komftig van Emmori of Amorrheus de vierde Zoon van Canaan, bevolkende eerft het gebergte dat ten weften van de doode zee lag: Ook zetteden zy zig ten Ooften van die Zee neder; en Amos verbeeld hen als Reuzen: Sibon de Koning Hesbon, en Og de Koning van Bafan beide Amoriters wierden verslagen, zynde dit het vruchtbaarste deel van Canaan Balak de Koning der Moabiten, (zynde deze volkeren gefproten van Moab de Zoon van Loth, wonende aan gene zyde der Jordaan en doode Zee, aan beide kanten van de ftroom Arnon) verfchrikt hier over wordende zogt een verbond tegen hen te maaken met de Midianiten (dit volk was af komftig van Midian Zoon van Abraham en Kethura een afgodisch volk wonende digt by Canaan) en Ammoniten (zynde herkomstig van Ammon de Zoon van Loth uit zyn jongste dogter) om hen te wederftaan; zoekende hen te doen vervloeken; dog dit niet willende gelukken, tragten hen door zommige fchoone Vrouwen te verleiden, waar door zy verftrikt wierden, bedryvende afgodery met Baal peor of Priapus, daar God een Schrikkelyke Straf over liet doen, want daar stierven 24000 fchuldigen en nog omtrent 1000 wierden opgehangen; ook doorstak Phineas, de Zoon van Eleazar (die zyn Vader Aaron was opgevolgt) een der hoofde van de Stam Simeon, Zimri genaamt; die een Midianitische Princes in 't leger had gebragt om daar mede te boeleeren; die twee aan een spietfe hechtende; hier op wierd Bileam met de vyf Midianitische Koningen ver

flagen: Ook wierd de dogteren van Zelaphead van de stamme Manaffe een erfdeel toegelegd; wanneer Mofes bevel ontfing op den berg Nebo te klimmen zynde een hoogte van de ry van bergen Abarim genoemd, om het beloofde land te zien en dan te sterven, gelyk gefchiede, oud 120 jaaren laatende Jofua tot zyn Staatvol ger. Omtrent dezen tyd wierden de Koningryken Thyrus en Sidon door Phenix en Cadmus gefticht, Jofua nu 93 jaaren oud zynde aanvaarde de regeering over het leger bevattende 600000 Strydbaare Mannen; aanstonds zond hy twee verfpieders na Jericho, die by de hoer Racbab herbergde; die wederkerende de ver. flagentheid van den Vyand bekend maakte. Ao. 1450 Trekken ze droogvoets door de Jordaan, en wanneer de onbefnedene befneden waren geworden hielden zy het Pascha: Ook verfcheen God aan Jofua; en Jericho wierd ingenomen. Verder wierd Canaan binnen de 6 jaaren ingenomen. Ao. 1443 stierf Josua oud 110 jaaren; dog dewyl geheel Canaan nog niet ingenomen was; zo vervolgde kaleb de overwinning, nemende Othniel tot zyn Schoonzoon aan; dog de overgebleve Ifraeliten verzuimde de overige volkeren uitteroeien, werdende daar door tot Afgodery verlokt; want omtrent dees tyd nam Mikab een afgodenbeeld in zyn huis 't geen kort daar aan te Dan opgeregt wierd, ook ftierf Kaleb, en de kinderen Ifrael waren eenigen tyd zonder opperhoofd. Ao. 1434. Wierd het ryk van Lacedemonien opgerecht door Lelex wordende 214 jaaren lang onder 10 Koningen beheerft, als Myles, Eurotas, Lacedemon,

Am.