Pagina-afbeeldingen
PDF
ePub

heeft met den tyd, een zeker reght tot onze liefde:-zoo niet te grooten verfchil van Jaaren, Geboorte, Staat, of een mismaakte Ui terlykheit, de zagte indrukzelen, en de natuurlyke neigingen van het harte, tegen gaan, en de afkeer, of de reede, aan de hartstoght palen zetten.

Volgens die redenering, durf ik wel vaft ftellen, dat BELLAMONTE verwaght, dat myne keuze op haren eerften ininnaar zal geveitigt worden:-dewyl ze erkent, dat geene van de beletzelen, daar ik van gesprooken heb, tegens hem kunnen worden ingebraght.

En zoo haare heele jonge jaaren toelaten kunnen, dat zy de zaak indenkt, met dien erft, welke dezelve vereischt, zoo ben ik verzekert, dat zy goed oordeel genoeg heeft, om te onderfcheiden, dat de zaken niet altoos zyn het geen ze fchynen, gelyk zeker Poëet zegt:

De dingen zyn niet als ze fcbynen;
De Worm zit in bet lekker Ouft;
De gloende kleur bedekt fenynen,
Hy dwaalt beel light, die light gelooft

na

Een weinigje opmerking zal haar doen zien, dat de allerftervendite minnaar, het huwen, zeer veel verfchild van een waar lief hebbend man; gelyk meede, dat een man, die zich zelven waardeert, volgens zyne perfoonlyke uitnementheit, dikmaals veel te veel met zyn eigen innerlyke waarde opgehad heeft, om in zich zelven overtuigd te wezen, dat Hoogagting alleen het loon moet

I 4

zyn

zyn van verkreege Deugden: niet van zulke wiffelvallige fraaijigheeden, als een fchoon aangezight, welgemaakte beenen, offchoon haair en een aangenaame Stem, welke allen, door duizende toevallen, kunnen verlooren worden, en, gevolgelyk, dien roem, waarmeede hy tans zoo opgefchikt is, kan doen veranderen, in een even grooten afzight.

Indien hunne eerft vermelde minnaar, op alle voorkomende gelegenheden niet wanhopig word, en niet dreight om geweldadige handen aan zich zelven te flaan, even gelyk de tweede, zoo geeft dit wel fchyn, of zyne liefde zoo hevigh niet en ware, maar het betekent vooral niet dat ze niet alzoo groot van waarde, en ruim zoo volstandigh weezen zal; in tegendeel zyne hartstoght, verlieft zich niet met woorden. Zy is geveftigt en werkzaam in zyn hart, - en zal 'er, na alle waarfchynelykheit, voor zyn leven lang in gevestigt blyven.

[ocr errors]

,

Maar dewyl zy even zoo veel goedaardigheit als kennis fchynt te bezitten, zoo wilde ik haar wel buiten dugten brengen, wegens ongevallen, die 'er zouden kunnen gebeuren, indien zy haren tweeden minnaar kwame af te zeggen: de dreigementen van zich om te brengen, van luiden van zulk een vlugt, zyn even als hunne figuurlyke fpreekwyze, van Vuur-vonken, onuitblusbre Liefde-Vlammen, Pylen, en Wonden door de Goddelyke oogen van hunne Zielsvoogdeffen ontsteken, of in hunne harten gedrukt: de meeften van die grootsprekers,

[ocr errors]

en

en hittige vervolgers, ziet men een afzegging, of te leurstelling, met de gematigtste koelheit beantwoorden. Nogh min wil ik, dat zy denke, dat zy, met dien voor een' anderen te kiezen, dezelve maght over zyne wil en bedryven behouden zoude, na ze getrouwd zouden wezen, als hy haar tans onderdaniglyk fchynt te belooven, Veele vrouwen zyn, door die uiterlyke vertooning van onderwerpelykheit, van dezulken, die vervol gens haare dwingelanden wierden, bedroogen geworden;- Wy moeten altoos indenken 't geen de Poëet zegt.

De minnaar die ons 't meeft vereert,
En knielend eerbied komt bewyzen,
Wil, dat wy, daar door, overbeert,
Hem, onzen Meefter, op doen ryzen.

Maar dewyl BELLAMONTE alleen zuivere deernis en medelyden gevoeld voor deezen huilende Strepbon, zoo dught ik niet zeer voor haar in dit geval; hy kan dan de Echoos van de Boffchen en Holen de wreedheit zyner beminde gaan klagen, of in opene Velden een ruimer aamtogt zoeken, of, liever, 't geen ook wel 't waarfchynelykít is, dat hy doen zal, zyne min aan de Voeten van een gunftiger Schoonheit gaan opofferen; onze Schoone behoeft 'er zich niet over te bekommeren, zy loopt met deezen geen ge

vaar.

Ik wenste zulks met even dezelve zekerheit te kennen zeggen, ten aanzien van dien moojen, fnapperigen, zingenden, fpringenden

[ocr errors]

Heer

Heer, die zich zelven zoo dikimaals aanpryf, en zich zoo van al de Sexe bemind reent. Ik vrees hier iets meerder. Het Vrouwen hard is een werkzaam, flodderend, en onbezonnen ding: het kan niet ftil zyn, als men het knevelen moet, en deszelfs wil en begeerte is door geene redeneringen te doen zwygen, of te beftieren, volgens de voorfchriften des Verstands: indien nu deezen Pronkert door zyn Vermogens haar hart heeft ingenoomen, ben ik hooglyk bedugt, dat de arme Agting, ontbloot van alle nodige wapenen om zich te befchermen, zekerlyk te kort zal komen, in fpyt van al wat de Specta trice in zyn voordeel zoude mogen bybrengen.

[ocr errors]

Derhalven wenfch ik opregtelyk, dat het zyn moge gelyk zy opgeeft, en dat de liefde, welke zy zegt,zyn aandeel, in haar hart te zyn, niet zoo vaft magh gegrond wezen, of dat zy nogh bekwaam zyn moge, om ze 'er weder uit te bannen; want om opregt met haar te handelen, daar is geen eenen kenteken in zyn Karakter, dat haar een beftendig geluk, met zulk een man belooft.

Óm haar egter te beter in ftaat te ftellen tot het behaalen van deeze overwinning op haar zelven, zal ik haar eene kleine fchetze geven van de bedryven, daar zy, meer dan waarfchynelyk, eene hoofdrol in zal moe ten hebben, indien zy onderneemen zal, om het onderwerp, van een Treurigeindend Huwlyk fpel, tuffchen Bellamonte en NarcisJus ten wereldlyken tooneele te brengen.

Het

Het openen van 't Gordyn en eenige uitkomsten zoo lang de Speelman op 't dak, en de bruiloftsgaften nogh in huis zyn, flaan wy over. Narciffus heeft 'er in uitgeflonkert, en waargenomen, alles wat zich zelf, en 't voorwerp zyner Verkiezing aangegaan heeft, tans word het tyd te huis zyn Gezagh te veftigen, en na buiten zyne grootheit te vertoonen. Dit begreepen, ftaat hy 's mor gens tydig op, ftapt het Bedde uit, fchuift de Gordynen open, en zegt, goeden morgen Mevrouw, mogelyk met een Ceremoniele kus, om haar van zyne befcherming te verzeke ren; hy ftapt vervolgens, met afgepaste treeden, na zyn kleedkamer, blyft den gantfchen morgen aan zyn tooytafel, gaat op zekeren tyd na beneden, daar de kapchais klaar ftaat, ryd na de Maliebaan, en vermaakt zich met de denkbeelden, dat al de Jufferschap die hy ziet, vol droefheit is, wegens zyn trouwen, en reets ieder voor zich, den toelegh maakt, om door haare bekoorlykheden, ten minsten meefter te worden van zyn hart, daar geen gelegenheit meer is, om het te zyn, van de geheele perfoon; ten drie uuren komt hy te huis: -verbaaft wegens dat hy 'er gaan moeft, om dat hy getrouwt is: met dit denkbeeld wandeld hy de Kamer op en neder, neuried een deuntje, beziet zich links en rechts, van vooren en van achteren in de Spiegels. Terwyl Bellamonte, hem zoo vol gedaghten ziende, geduurzaam, met wenfchende oogen, en een verlangend hart hem na ziet,en duizend zoete dingen zegt,

maar

« VorigeDoorgaan »