Pagina-afbeeldingen
PDF
ePub

"

[ocr errors]
[ocr errors]
[ocr errors]
[ocr errors]

"

[ocr errors]

,

Hoe menigen levendigen fpook zien wy niet, dat de boop verlooren hebbende, in de wereld rond waart, zoo wezenloos, en afgepynt met zorgen en misnoegen, dat men denken zoude, hunne Zielen dood te „zyn, was het niet, dat men van tyd tot tyd uit hunne naare gezighten, en diepe zughdenken moeft, dat ze nogh zwaarder te gemoete gaan, als daar ze reets meede beladen zyn! dit zyn de flaven van de Vrees, de tegenwrytfter van de Hoop, en de minfte en armste onder alle de hartstoghten: het fchepzel dat ze huisveft, doed ze, in voorgevoel, al de fmerten aan, die het ooit kan komen te lyden, en doed het, daar en boven, 't zidderen tegens nogh anderen! en welken? die hy niet en weet; en hem in zyn nootlot niet befchoren zyn.

"

"

[ocr errors]

دو

"

[ocr errors]
[ocr errors]

دو

[ocr errors]

"

Tuffchen die hartstoght, en de Wanhoop is maar een kleine ftap te doen: - en dat die laatste ftap niet gedaan word, is nogh ,, een uitwerking van een klein overblyfzel van boop, het welke, [hoewel in een zeer ongeruften toeftand, om dat de ziel geduurzaam heen en weder gefold word, en tot geen ruft kan komen:] in 't eene oogenblik overlaad met vreugd: in't ande»re doed verzinken in droefheit;- zom. tyds opheft tot het toppunt van fchiely,,ke verwagtingen:- en dan weder ter ne,, derflaat, en beven doed onder 't vervol»gen van 't geene men te wenfchen heeft.

"

[ocr errors]
[ocr errors][merged small][merged small]
[ocr errors]

"

"

waan,

Niettemin, na al wat ik ten voordeele van de Hoop gezegt heb, moet ik bekennen, dat ze meede te ver kan gaan; ,, trotsheit, en zelfsbelang, zyn zomtyds het gezelfchap van deeze hartstoght, even gelyk een vuige laagheit, of eene wech,, druipende houding, en eene onbekwaamheit om gebruik van zich zelven te maken, het zyn van de tegen over geftelDe Hoop kan ons met te veel hitte ontsteeken, en Vrees ons te dode,, lyk verkouwden.

"

"

"

[ocr errors]

"

[ocr errors]
[ocr errors]
[ocr errors]

"

de.

[ocr errors]

Dus moet onze reede hier de meestresfe wezen, en ons even zeer tegens de eene, als tegens de andere beveiligen; Zy moet deeze beide harstoghten ,,matigen, en niet toelaten, dat eene van dezelven ons wechfleepe tot bedryven, ,, die aan ons, of de omftandigheden daar ,, wy ons in bevinden, onvoeglyk zyn; en dat de andere, ons niet belette, van iets, "dat in zich zelven pryswaardigh is, of fchoon het ons toefcheene, dat het moei,, lyk te bekomen zou wezen.

"

[ocr errors]

"

[ocr errors]

Ook is de Wysheit gehouden ons te le„ren, hoe wy de natuurlyke neiging die ons tot eene van deeze twee hartstoghten doed over hellen, op 't beft verbeteren zullen, bewust te zyn, dat wy eene al te vuurige boop betoont hebben, ontrent iets daar wy in zouden kunnen mislukken, geeft dubbele fmerte als het »ons wedervaart.

[merged small][ocr errors][merged small][ocr errors][merged small][merged small]
[ocr errors]

"

"

wy door Vrees opgehouden zyn, om iets te onderneemen, dat voordeelig zoude geweeft zyn, 't zy voor ons op ons zelven, of voor onze Vrinden, of voor ons Vaderland, en mogelyk door iemant anders zeer gemakkelyk zoude bewerkt zyn, maakt, dat wy aangezien worden, als luiden die niet waardigh zyn, dat de. Wereld ons aghting toedraage, of eenig vertrouwen in ons ftelle."

Ik kan hier nogh byvoegen, dat de Hoop bekwaam is om ons te veel vertrouwen in zaken en Perfoonen te doen ftellen: even gelyk de Vrees ons te veel agterdenken inboezemd Lais de cene maakt ons dikmaals tot werktuigen voor onze foodfte" Vyanden, en de andere „doed ons dikmaals fchuldigh worden tegens onze befte Vrinden.

4

f

ONTVEINZING is, in die omftandigheit, „niet meer als voorzigtigheit: Geluk ,,kig is hy, die geen te groote blyken geeft: van boop of vrees, ontrent eenig ding; maar nogh gelukkiger is hy, die ze bei de weet te regeren, en genoeg doordringenheit van geeft bezit, om te onderken, ken, wanneer, en tot welke hy behoort over te gaan.

"

Gewiffelyk zyn 'er veele zaken die wy moeten vreezen, en anderen, die het ons: niet paffen zouden, te hoopen: deugd en goede zeeden, zullen ons dezelven alatoos als zoodanige aanduiden, ent ver ftand

"

[ocr errors]

ftand zal ons grootelyks leiden, om te onderfcheiden, in hoe verre het geen wyons voorftellen, billyker wyze, te dugh ten, of te verwagten is.

Maar dewyl de maatftok van de men,,fchelyke waarfchynelykheit ons dikmaal ,, bedriegt, en de uitkomften grootelyks afhangen van 't geene wy fortuin of geval noemen, is de zekerfte wegh, op niets volflagen ftaat te maken. De voor

[ocr errors]

39

en de

poed te dragen met de waaragtigal

kraght, is

fte en edelfte helden moed, en zal ons! gemakkelyker ontrent ons zelven ma tonszelven mass ken, aangenamer ontrent onzen naaften, en waardiger in 's Hemels oogen, dan al de guldene trofeën eener overwinning, of de gunftbewyzen van een' Vorft. 93

"

7

De man, derhalven, die deeze gelukki»ge gefteltenis bezitten, of behouden wil moet zich alle uitkomften van zaken zoo onverfchilligh voorftellen, als hem mo gelyk is. Dogh, altoos zorg dragende, om eerder het befte te hoopen, als het Megtfte te vreezen.

[blocks in formation]

Het flot van deezen brief, fchoon in geen ftaatkundigen zin gemeent, houd niettemin den beften raad in, die ons, geduurende de onzekerheit van den uitflagh, van de voorengemelde bezending aan zyne Maje. fteit, zoude kunnen gegeven worden.

Dat wy bedroogen uitgekomen zyn, is geen bewyzende betoging, dat wy weder bedroogen uit komen zullen; zoo weinig als de redenering, dat de befte aller menfchen een mensch is: 't is waar wy heb

ben alle bartstogbten, van deeze of van geene foorten en niemant kan voor zich verantwoordden, dat hy niet, in 't een of ander onbehoedzaame oogenblik, zal meedewerken, om zynen befcherm engel te doen wyken, om van den boozen geeft beheerst te worden.

Een van onze wekelyksche papieren, [daar men zegt, dat een groot verftand, een waardig man, eer hy de goede zaak ware afvallig geworden, de Schryver van was,] heeft ons, ten dien opzichte verfcheide Stelregels aan de hand gegeven, die nooit vergeten moeten worden; en, dewyl ze, daar toe, nooit te dikmaals herhaald kunnen wor den, zal ik ze in zyne eigene woorden meede deelen.

"

Wanneer een man die in vermogen is on ,, dervind, dat zyne befte pogingen, om zyne volksgezintheit te behouden, vrugteloos zyn; als hy zyne onfchuldigfte, zoo niet verdienftelykfte daden belaftert vind, en

"

[ocr errors]

al

« VorigeDoorgaan »