veroorzaakt werd, om dat die, te vroeg voor den Slagtyd, inviel. De Staaten vonden derhalven, op het verzoek der Regeering goed, de Vier eerfte Vrydagen in de maand November, tot het houden eener Veemarkt te bepaalen; Zy verleenden mede aan de vreemde Kooplieden, die op die Markten kwamen, den donderdag voor, en den geheelen Zaturdag, na die Markt, Vry; geleide (*). XIX. Boek. 1744. weder bin nen de Stad Behalven deeze, had de Stad nog eene Jaar De Jaarmarkt, die op St. Jansdag, zynde den vieren-markt van twintigften Juni, gehouden werd (a). Wanneer Hintham de Stad het Regt daar toe verkregen hebbe, vind ik nergens aangetekend. Vaft gaat het, dat die bragt. Jaarmarkt van alle oude tyden op het Hinthamer eind, binnen deeze Stad, gehouden, en in laatere tyden te Hintham, buiten de Stad, onder het Vrydom, verplaatft is. De Regeering befloot thans, dezelve weder binnen de Stad te brengen, en wees hiertoe, het St. Jakobs Kerkhof aan, waarop, de Veemarkt mede ftond gehouden te werden (b). De eerfte Jaarmarkt gefchiedde op den vierentwintigften Juni deezes jaars, daar ter plaatze, alwaar de gewoone Pryfen, eene Zilveren Roskam, Maanenkam, en Zweep uitgedeeld werden (c). De Regeering bevreide mede den Kooplieden, die op de vrye Jaarmarkt aldaar kwamen, van het Plaats Geld, en eenige andere Las ten, (*) OCTROOI der Algemeene Staaten van den 9. April 1745. In de Archieven Inventaris C. No. 342. (a) OUDENHOVEN Befchryving van 's Hertogenbosch Bladz. 35. Edit. 1670. (b) NOTULEN van den 28. April 1744. XIX. ten, welken voor het Vee, door hun ter Markt Boek. gebragt, betaald moeften werden: ook werd het Linnen dat op de Jaarmarkt te koop geveild 1744. werd, van Stads Impoft vry verklaard (d). Inmiddels yverden de Inwoners van Hintham, om de Vrye Markt, tegen St. Jansdag, deezes jaars, aldaar te doen houden. De Regeering hier van niet onbewuft, verzogt de Stadhouders, zo van den Hoogfchout, als des Kwartiers Schouts van Maasland uit te werken, dat de Inwoners van Rosmalen, en Hintham, geene Jaarmarkten, als daar niet toe geregtigd, houden mogten (e). Hier tegen gaven de Regenten van Rosmalen, den Staaten te kennen; dat buiten allen geheugen, in het Gehugt Hintham, jaarlyks, eene Vrye Markt gehouden was; De Giftbrief daarvan, had men niet ontdekt; Thans verzogten zy, dat hun, Vryheid, tot het houden eener Jaarmarkt gegeven werd (ƒ). De Raad en Rentmeefter Generaal der Domeinen, in wiens handen dit Verzoek gefteld was, gaf hier van de Regeering een Affchrift, om haar belang daar tegen, overtegeven (g). Deeze toondat de Stad, van alle tyden, Zeven Jaarmarkten, en onder deezen, het Geleide ,, van St. Jan, had gehad; Dit Geleide begon, voor St. Jan Baptift avond, en duurde drie dagen daarna: De Markt, van Hintham, kwam op den ,, drieentwintigften Juni, en viel dus in, geduurende den tyd van dit Geleide: Die van Rosmalen de aan; وو (d) NOTULEN van den 22. Juni 1744. (f) REQUEST der Regenten van Rosmalen. In de NOTULEN van den 25. Maart 1745. (8) NOTULEN van den 2. Maart 1745. " 1744. len hadden verzweegen, dat Hintham, gedeelt XIX. ,, lyk onder de Stad behoorde. Op het Laatfte Boek, ,, gedeelte van dat Gehugt werd de Markt gehouden: Die Vrye Markt moeft gevolglyk, als die der Stad aangemerkt worden. Ten bewy» ze hier van ftrekte, dat de Kruizen ten teeken ,, van vry Geleide, op dien tyd, ter Puye van het Stadhuis gefteld werden. Het Gemeene Land hefte ook ten dien tyde het Loot, en Geleide binnen de Stad, het welk op alle de ,, Vrye Jaarmarkten gefchiede. Dus ftond het " de Regeering vry, die Markt binnen de Stad, te brengen (b)." Het gevolg hier van is my niet voorgekomen. De Markt te Hintham, onder Rosmalen werd by aanhoudenheid, daags voor die der Stad, gehouden. het maaken De Straaten deezer Stad, waren tot hier toe, Verande. altyd door de Eigenaars der Huizen hersteld,ring omegter zo, dat de Stad de Steenen leverde. De trent de Regeering vond thans goed, de Straaten by Ge-wyze van deeltens te doen opbreeken, en op een gelyken der Straavoet te herstellen, waar toe de Stad als voor-ten alhier. heen, de Steenen, en de Geerfden het overige voldoen zouden (i). Twee jaaren hierna, befloten de Staaten op het verzoek der Regeering dat indien over de Meeting der Gedeeltens, of de betaaling der onkoften, verfchil ontstond Schepenen dit, buiten Vorm van Regtsgeding afdoen zouden, zonder zig deswegens op Hooger Regter te beroepen (k). Zederd dien tyd, (b) NOTULEN van den 30. April 1745. zyn (k) RESOLUTIE der Staaten Generaal van den 6. Octa XIX. zyn de meefte Straaten deezer Stad hersteld, eri Boek. in een beter Orde gebragt. 3744. Het on ren der Des nagts tuffchen den elfden, en twaalfden Januari, des volgenden jaars, floeg de Blixem 1745 in den Toren der Hoofdkerk alhier; Van het vuur, weer flaat dat zig in het bovenfte gedeelte van den tweeden in den To. lantaarn in het Spits hegte, vloogen verfcheiden vonken door de Lugt. Door den vlyt van een Leidekker, en eenige Burgers werd de Brand fpoedig geblufcht. De fchrik was meer, dan de Schade. Den Leidekker werden tien Dukatonnen, en de drie Burgers, die boven anderen in yver uitgemunt hadden, eenig geld, van Stads wegen toegelegt (1). Hoofd- onder ze in Dit De Zieken Uit de Stad, en het Kasteel van Doornik, en Gekwet dit Jaar aan den Koning van Frankryk overgeften van geven, werden de Zieken, en Gekwetften der Doornik Staatsche Bezetting, herwaars gezonden. kere voor-veroorzaakte veele moeielykheden, tuffchen den waarden in Raad van Staaten, en de Regeering alhier. Deehet Gaft ze ftond eindlyk toe, dat die Zieken, en Gekwethuis alhier ften in het Burger Gasthuis voor agt ftuivers daags genoomen ieder, ingenomen werden; mits dat dit Huis, met geene anderen belaft werd, immers niet tot zulken getal, dat de arme Ingezetenen, en de Zieken der Stads Bezetting, van de bezorging in het Gafthuis verfteken zouden blyven. Ten dien einde werd den Regenten gelaft, aantekening te houden, hoeveel de Zieken, en Gekwetften van Doornik, het Gafthuis gekoft hadden, en, indien dit meer, dan tegen agt ftuivers daags voor ieder NOTULEN dán den 18. Januari 1745. ieder beliep, zoude de Raad, die Penningen het XIX. Gafthuis te rug geeven (m). Boek. 1745. Thans bevond men, dat de Inkomften der Tolhuyzen op den Nieuwen Straatweg, op ver na de Betaaling der Renten tot het maaken, en on- De Regee. derhouden van dien Weg opgenomen, niet vol-ing ver doen konden. Des verzogt de Regeering Ver-hooging krygt Verhooging van het weggeld, het welk haar, na eenige der Barrieraadplegingen, toegeftaan werd (n). re Gelden der Stad Vermits Stads Kaffe alle Penningen, die aan de op den Straatweg. Inkomften van den Straatweg te kort kwamen dragen moeft, was de Regeering by tyds bedagt, Verscheide om veele min noodzaaklyke uitgaaven aftefchaffen. Onkoften Van alle oude Tyden, was 'er jaarlyks by hetten lasten veranderen der Wet, eene Maaltyd gehouden afgefchaft. Deeze werd de Hoogfchouts Maaltyd genaamt, om dat die voorheen door Hem, gegeven was. De Geleerde van Someren, die over Stads Koftuimen, Uitleggingen gefchreeven heeft, doch die nimmer door den Druk, gemeen gemaakt zyn, verhaald; dat die Maaltyd, naderhand, op den Breeden Rug der Stad (zo als hy zig uitdrukt.) gefchoven zy. Deeze Maaltyd werd thans nevens alle verteeringen, die ten laften der Stad stonden, afgeschaft, en in veele andere zaaken, werd alom de zuinigheid, behertigd (0). 1746. De Raad van Staa De Raad van Staaten had, in het begin des volgenden Jaars voorgenoomen, de Rivier de Dieze, omtrent de Schans Crevecoeur, toe te dam-de Dieze ten doed men, toedam (m) BRIEF der Regeering aan den Raad van Staaten In de NOTULEN van den 14. Juli 1745. (n) RESOLUTIE des Raads van Staaten van den 25. Maart 1747. In de NOTULEN van den 7. April 1747. (o) NOTULEN van den 17. Auguftus 1745. men en een Vaart door de Schans Creve coeur Graaven, |
