Vaderlandsch woordenboek, Volume 6

aangeſteld Admiraal aldaar alwaar Ambachtsheerlijkheid Amfteldam ampt Anna Baljuw Beftand benevens BENTINK Bergen BERK BERKENRODE BEVERNINGK Beverwijk BICKER Bierum Biervliet Bisdom Bisschop BLEISWIJK BLOIS VAN TRESLONG Braband Burgemeefter Capt Chronijk CLOTARIUS CORNELIS BICKER daarna deed deszelfs dezelve DIRK Dochter Dorp drie Edelen eenige eerfte eerſte ELISABETH Engelfche fcheen fchoon Franfchen Frankrijk Friesland fterk ftond gebragt gefchiedde geflacht gefteld gehuwd gemelde genaamd Generaal goede Graaf Graave Grietenij groote hebbende Heer Heerlijkheid HENDRIK Henegouwen Hertog hetzelve Holland honderd Huis huizen hunne JACOB JAN VAN BLOIS JOHAN Kapitein Keizer Kerk Kerklijke Koning laatſte Land LODEWIJK Lunette Utrecht maaken magt Margreta Markgraaf mede meefter naderhand Noord-Beveland onze oude overleed perfoon Predikant Prins Provintie Ravelijn Schepen Schout bij Nacht Spaanfche ſtaat Stad tijtel trouwde tusfchen Utrecht uuren Verbond der Edelen vermaard verſcheidene verwekte Vijand volgens voorheen vrede Vrouwe wiens WILLEM wordende Zeeland zelve zijnde Zoom Zoon